De 15e avond van maand Sha’bān is een zeer gezegende nacht. Volgens de Hadith Sharīf is de naam Laylat al-Barā’ah van deze mubārak nacht “Nisf Sha’bān” wat betekent 15e nacht van de maand Sha’bān. Deze nacht is net als de nachten van Mirāj Sharīf, Raghaib Sharīf en Laylatul Qadr Sharīf zeer gezegend. Laylat al-Barā’ah wordt in het Perzisch en Urdu Shab-e Barā’at genoemd.
Laylat al-Barā’at, wat betekent dat de Nacht van de Redding, voor de soenniet die streeft naar vrijheid van Azāb (helse straf) en ramp. In deze nacht is de Barkāt (zegen) en acceptatie van tauba (berouw). Het is de speciale avond van het zoeken naar vergeving en berouw bij Allāh Ta’ālā, door ons te herinneren aan onze zonden uit het verleden en oprecht afwikkeling van de overtuiging dat men nooit meer zonden in de toekomst zal begaan. Alle daden die tegen de Shari’ah indruisen, moeten volledig worden vermeden, zodat onze smeekbede en Astaghfār, hopelijk, zullen worden aanvaard.
Moslims moeten bij zichzelf nagaan, dus de tussentijdse balans opmaken, over hun daden. Alahazrat Imam Ahmad Raza Khan Fāzil e-Bareilly (radi Allāhu anhu) heeft een mooi advies in dit opzicht gegeven. Deze grote Imam zei: “Voorwaar, de gunstige nacht van Shab-e-Barā’at is naderbij wanneer de daden van de Abid [aanbidder,) aan Allāh Ta’ālā zal worden gepresenteerd. Ik smeek nederig in de Darbār-e-Aqdas van Allāh Ta’ālā met de Wasila-e-Uzma van Sayyidena Rasūlullāh ﷺ dat Hij de zonden en overtredingen van alle moslims vergeeft. Āmīen. Bij deze gelegenheid moet het de plicht van alle soenniet moslims zijn om elkaar te vergeven en om ervoor te zorgen dat de (financiële) schulden aan elkaar worden afgewikkeld. Het belang van Huqooq al-Ibād kan niet genoeg benadrukt worden, omdat dit een van de eerste vereisten is voor een goede Ibādat. Ik bid dat alle moslims nederig deze nacht herinneren door in gebed door te brengen en probeer zoveel mogelijk Ibādat (aanbidding) en andere vrome daden te verrichten, zodat uw Collectie van Akten in alle waardigheid kan worden gepresenteerd. Tot slot, ik bid dat Allāh Ta’ālā u en mij helpt waar wij ook zijn. Moslims moeten zich bewust zijn van de oprechtheid en eerlijkheid in al hun daden. Moge Allāh Ta’ālā ons vergeven. Āmīen.” Faqir Ahmad Raza Qādri