Azān bij het graf

Azān-ul-khabar fie Azān-ul-Qabr
‘Ala Hazrat Imām Ahmed Raza Khan Bareilvi Qadri (radi Allāhu anhu)

Inleiding

De bad-aqīda (ongelovigen) hebben commentaar op bepaalde rituelen die gedurende de begrafenis van een moslim worden uitgevoerd. Zij zeggen dat het harām (verboden) is om naat, Azān en dergelijke roemrijke activiteiten te doen bij het graf.

Met deze paper wil Ala Hazrat hun ongefundeerde commentaar weerleggen. Moge Allāh Ta’ālā de soenniet beschermen tegen zullen afvalligen. Aamīn.

Zinswending

Wat zeggen de islam Schriftgeleerden over de volgende vraag: Is het geoorloofd om de Azān bij het graf van elk individu te reciteren? Als dat zo is, kunt u voldoende bewijs uit authentieke bronnen aanhalen, zodat de twijfels die op dit moment bij moslims bestaan kunnen worden uitgeroeid. Moge Allāh u belonen voor uw inspanning. Aamīn.

Het juridisch advies

Alle Lof zij aan Allāh, de vrede en de begroeting op Zijn geliefde Profeet Mohammed ﷺ, op zijn (van de profeet) gezegend gezin en geliefde metgezellen, de grote Schriftgeleerden en Heiligen, tot de Dag des Oordeels. Aamīn.

Sommigen Schriftgeleerden hebben verklaard, dat de recitatie van de Azān bij het graf een daad is van sunnat. Schriftgeleerden die dat hebben gedaan zijn ibn Hajar Makki, de leraar van de auteur van “Dure Muhtar“, enz. We moeten duidelijk voor ogen houden, dat in de grote omvang van de islamitische rechtspraak, het verbod van deze actie zeker niet is gezegd, dat is op zich een duidelijke indicatie van de toelaatbaarheid. Echter, deze dienaar van de islam (Imām Ahmed Raza Khan), werd opgeroepen om bewijzen te certificeren voor toestemming, en door de Genade van de Grote Schepper, ik zal doorgaan om dat te doen. Er zijn in feite tal van authentiek materiaal beschikbaar die kan worden aangehaald door deze dienaar van de islam als bewijs van de voordelen van deze gezegende daad. Laten we dus verder gaan door de Genade van Almachtige Allāh.

ATTEST 1

Het is gemeld dat wanneer een persoon wordt geplaatst in het graf tegen de twee engelen, Munkar en Nakir, verschijnen. Op dat cruciale moment verschijnt ook Shaytān (duivel) met het voornemen aanwezig te zijn en die persoon te misleiden en te beroven van de grote spirituele zaligheid. De grote Schriftgeleerde, Imām Tirmizi (radi Allāhu anhu) schrijft in zijn beroemde boek “Nawādir-ul-Usool” de woorden van Hazrat Sufyan Sourie (radi Allāhu anhu), die als volgt luidt: “Wanneer de persoon ondervraagd wordt “wie is uw Heer?” Op dit specifieke moment verschijnt de Shaytān en naar zichzelf wijzend zegt de duivel aan de persoon, “Ik ben uw Heer!”. Het is uitsluitend te wijten aan deze gang van zaken dat het is aangeraden dat je du’ā (smeekbede) moet doen voor de overledene zodat hij, door de genade van Allāh, standvastig kan blijven met antwoorden op deze cruciale vragen. Na de rapportage van deze woorden van de grote Schriftgeleerde vervolgt Imām Tirmizi (radi Allāhu anhu) een profetische verklaring ter staving van zijn stelling. Het is gerapporteerd in de Ahadīth van de Profeet Mohammed ﷺ dat op het moment van begraven de grote Profeet Mohammed ﷺ voor de overledene op de volgende wijze bidt: “O Allāh Ta’ālā bescherm hem tegen de Satan.” We kunnen dus duidelijk zien, dat de gevreesde Shaytān op dit cruciale moment verschijnt, want het is om deze reden dat de Profeet Mohammed ﷺ heeft gepleit voor de bescherming van de overledene tegen Shaytān. Als, zoals sommige misleidde mensen zeggen, de Shaytān niet verschijnt, dan zou dat averechts zijn geweest tegen de Profetische logica om te bidden voor de persoon bescherming.

De enige logische conclusie, dierbare broeders, die wij kunnen trekken, is dat we weten dat Shaytān verschijnt, dus moeten we de mogelijkheden aanwenden om zijn aanwezigheid uit te roeien en ook om onszelf tegen hem te bescherming van! Laten we dus zien wat enkele mogelijkheden zijn voor het uitroeien van de aanwezigheid van de gevreesde Shaytān.

In de authentieke boeken Sahīh Bukhārī en Sahīh Muslim, zijn de woorden van de Heilige Profeet Mohammed ﷺ vrij duidelijk. Laten we eens zien wat de grote Profeet Mohammed ﷺ bepaalt:

  1. Wanneer de Muezzin de Azān reciteert, draait de Shaytān zich om en vertrekt zo snel als hij kan.
  2. In Sahīh Muslim worden de woorden van Hazrat Jābir (radi Allāhu anhu) gemeld. Het is verklaard, “wanneer de Azān wordt gereciteerd loopt de Shaytān 30 mijl (48 km.) weg.”
  3. In sommige overleveringen is gemeld, dat als men het “gefluister van de Shaytān hoort”, dan moet Azān gereciteerd worden want hierdoor zal de aanwezigheid van de verworpen wezen worden uitgeroeid.

Nadat we hebben gezien dat de recitatie van de Azān een krachtig afschrikkingsmiddel is voor de afschuwelijke aanwezigheid van Shaytān, en nadat ook het besef er is dat hij verschijnt bij de overledene in het graf, vragen wij u in alle eerlijkheid: “Wat is een betere oplossing voor de geestelijke en eeuwige ontberingen die de zeer overweging van de Azān door middel waarvan de overweging we zijn gered van de Shaytān en zijn bedrog.”

ATTEST 2

Laten we een ander Profetische actie vertellen. Het volgende verhaal van Hazrat Abdullah bin Jābir (radi Allāhu anhu) is te vinden in de grote boeken van Ahmed, Tabrānī en Baihāqi. Hij zegt: “Toen Saad bin Mu’āz (radi Allāhu anhu) begraven was en het graf werd opgesierd, de Profeet ﷺ bij zijn graf “SubhānAllāh” herhaalde waarna de metgezellen hetzelfde deden. De Profeet ﷺ herhaalde vervolgens de “Allāhu Akbar“, waarna de metgezellen hetzelfde deden. De metgezellen vroegen vervolgens: “O Profeet van Allāh, waarom heeft u eerst Tasbīh gereciteerd en vervolgens de Takbīr? “De Profeet ﷺ antwoordde:” De aarde was begonnen deze vrome persoon te beklemmen. Allāh Ta’ālā heeft (met de Barakāh van deze recitatie) de pijn weggenomen en zijn graf ruimer gemaakt “. De grote Schriftgeleerde Allama Tabibi (radi Allāhu anhu) heeft in zijn commentaar van de Mishkāt geschreven: “De betekenis van deze Profetische actie is dat door de voortdurende recitatie van de Takbīr en Tasbīh, Allāh Ta’ālā een persoon bevrijd van de pijn in het graf.” We zien uit deze actie van de Profeet ﷺ dat hij de Takbīr (Allāhu Akbar) reciteerde bij het graf van zijn geliefde metgezel, zodat hij kon worden gespaard tegen de gevaren van het graf.

Als we de Azān nader beschouwen vinden we ook deze woorden in terug. Als we daarom herhalen bij het graf, zijn we niets anders aan het doen dan de Profetische actie. Ook moet worden gewezen dat hoewel er een paar woorden toegevoegd zijn in de Azān het niets af doet aan de bedoeling, dat de memorie van Allāh Ta’ālā Genade. Het is in feite de bedoeling dat de grote metgezellen zoals Hazrat Umar, Hazrat Umar ibn, Hazrat Abdullah ibn Mas’ud, Imām Hassan (radi Allāhu anhum) dit altijd in het achterhoofd droeg.

In het grote boek van de rechtspraak “Hidāyah” wordt gesteld: “Men moet niets af doen aan de overleveringen, want het zijn zeker de woorden die verteld zijn door de Heilige Profeet ﷺ. Als, aan de andere kant, woorden zijn toegevoegd, dan is het toegestaan, want het behoort tot lof van Allāh Ta’ālā en is een blijk van dienstbaarheid. Het is, dus niet verboden om enige woorden aan.

ATTEST 3

In tal van boeken van de rechtspraak, het is duidelijk dat wanneer een persoon op het punt staat te vertrekken uit deze wereld, degenen om hem heen de Kalima moeten reciteren. De eenvoudige reden hiervoor is dat de persoon automatisch zal realiseren tot welke religie hij behoort te zijn en geen moeite heeft om te herhalen om zodoende te komen tot de eeuwige gelukzaligheid. Er is in feite een profetische verklaring die ons beveelt deze daad uit te voeren. De Profeet ﷺ heeft verklaard, “Leer uw mensen om met de Kalima (Imān) deze wereld te verlaten, namelijk La ilāha illAllāhu.Ahmed, Muslim, Abu Dawud, Tirmizi, Nasā’ī, Ibn Majāh

We weten, dat een persoon die op het punt staat te sterven, figuurlijk gesproken, spreken tot een dode persoon. Niettemin, we zijn verbonden de Kalima voor hem te reciteren, zodat hij zelf kan ontsnappen uit de klauwen van Shaytān. De persoon die zojuist het graf is in gegaan heeft deze hulp ook nodig. Daarom, als we de Azān bij zijn graf reciteren zal hij niet alleen in staat zijn zichzelf te redden uit de klauwen van Shaytān, maar hij zal ook in staat zijn om antwoorden te geven op de vragen die hem door de Munkar en Nakir worden gesteld.

Laten we eens zien hoe hij kan worden bijgestaan door de loutere recitatie van de Azān. We weten de drie vragen die aan hem zal worden gesteld:

  1. Wie is uw Heer?
  2. Wat is je godsdienst?
  3. Wat heb je te zeggen over deze man?
Hoe zal de voordracht van de Azān hem helpen?

Wanneer hij de woorden van de Azān hoort, “Ik getuig dat er geen godheid is, dan Allāh”, zal hij onmiddellijk realiseren wie zijn Heer is! Wanneer hij de woorden van de Azān hoort, “Kom naar Salāh. Kom naar Salāh”, zal Hij onmiddellijk beseffen dat in zijn religie Salāh vijf keer per dag was voorgeschreven, die alleen voorkomen in islam.

Hij zal daarna het antwoord op de tweede vraag krijgen. Wanneer hij hoort de woorden van de Azān “Ik getuig dat inderdaad Muhammad ﷺ de Boodschapper van Allāh is”, zal hij antwoord krijgen op de derde vraag!

Ga voor uzelf na, O u die geloven, hoeveel voordelen de recitatie van de Azān bij het graf heeft, maar er zijn nog steeds mensen die de arme (soenniet) moslims van dit groot voordeel wensen te beroven van.

ATTEST 4

We weten dat zonder twijfel absoluut en uiterst omstandigheden in het graf zijn. Het zou in feite kunnen worden vergeleken met de moeilijkheden van een brand. Laten wij dan ook de woorden van de Heilige Profeet ﷺ onderzoeken en voor onszelf zien wat een mogelijke oplossing voor het blussen van deze brand zou zijn.

Hazrat Abu Huraira (radi Allāhu anhu) verhaalde, dat de Heilige Profeet ﷺ heeft verklaard: “Doof het vuur met de Takbīr.”

Laten we nu naar een andere profetische verklaring bekijken, de grote metgezel Hazrat Abdullah bin Abbās (radi Allāhu anhu) heeft verhaald, dat de Heilige Profeet ﷺ heeft verklaard: “Wanneer je een brand ziet, dan is inderdaad reciteren van de Takbīr voor het doven van de brand. “

We zien dat door de voordracht van de Takbīr, het vuur van beide werelden zijn versoepeld. Het is ook dezelfde Takbīr dat is gevonden in de Azān. We laten het aan u over voor te stellen wat voordelen zijn wanneer deze Takbīr wordt gereciteerd bij het graf.

ATTEST 5

De twee grote Schriftgeleerden Ibn Majāh en Baihāqi vertellen de woorden van Saied ibn Musayib (radi Allāhu anhum) waarin de methode van het begraven zeer duidelijk is uitgelegd. Deze grote persoonlijkheid zei: “Ik was inderdaad een keer aanwezig met de grote metgezel, Abdullah ibn Omar (radi Allāhu anhuma), toen hij de persoon in het graf plaatste en zei: “In de Naam van Allāh, in het pad van Allāh.” Toen de mensen het graf met zand begonnen te vullen, hij riep hij, “O Allāh! Bescherm deze persoon tegen de Shaytān en de marteling van het graf.” Hij verduidelijkt dat dit de manier is die hij hoorde van de grote Profeet ﷺ zelf.” De grote Imām Tirmizi (radi Allāhu anhu) verhaald in zijn meesterwerk de woorden van Hazrat Omara bin Marra (radi Allāhu anhu) die een beschrijving geeft van de methode van de illustere Broeders: “Het was zeker beschouwd mustahab (wenselijk) door de grote metgezellen en degenen die na hen kwamen, dat op het tijdstip van de persoon in het graf, zij gebruikt om smeekbede als volgt: “O Allāh! Bescherm hem tegen Shaytān, de Verworpen”.

Hazrat ibn Abi Shayba (radi Allāhu anhu) de illustere leermeester van de twee bekendste Schriftgeleerden van de Profetische Traditie, namelijk Imām Bukhārī en Imām Muslim, bepaalt: “Het is beschouwd mustahab (wenselijk) dat, wanneer de persoon wordt begraven, moet een reciteren, “In naam van Allāh, in het pad van Allāh, in de religie van de Heilige Profeet ﷺ O Allāh! Ontsla hem voor de marteling van het graf, van de straf van het Vuur en van het kwade van de Shaytān, de verworpene”.

Laten we nu voor een moment samenvatten wat we gelezen hebben. We zullen zien dat het een sunnat daad is en goed te keuren: het uitroeien van de aanwezigheid van de gevreesde Shaytān. We hebben in vorige passages gezien dat de Takbīr, de Tasbīh en smeekbeden allemaal worden gebruikt voor het bereiken van dit resultaat. Zeker, we kunnen vaststellen dat alle middelen die een rol hebben in het bereiken van dit resultaat zijn toegestaan. Als dit het geval is, en zonder twijfel is, hoe kunnen we dan zeggen dat het niet is toegestaan de Azān te reciteren bij een graf wanneer we hebben verklaard dat het grote invloed heeft op het uitroeien van de aanwezigheid van Shaytān. We kunnen duidelijk stellen dat niet alleen zal helpen met het vernietigen van zijn aanwezigheid, maar het zal ook helpen bij het beantwoorden van de drie cruciale vragen door de die overleden persoon.

ATTEST 6

In de grote boeken van Abu Dawud, Baihāqi en Hākim zijn de woorden van de derde Kalief van de islam, Hazrat Usman bin Affān (radi Allāhu anhu) vertelt. Hij verhaalde: “Toen de Profeet ﷺ (en degenen om hem heen) de begraving van de overledene hadden afgerond zei hij, ‘Vraag om vergeving voor uw broeder, en pleit voor hem, zodat hij rustig kan blijven wanneer hij ondervraagd wordt, en zeer zeker zal hij worden gehoord’.”

Laten we nu een andere Profetische actie beschouwen om te zien of het concept van die pleiten voor de vergiffenis van de overledene enige basis heeft of niet. Saied ibn Mansoor (radi Allāhu anhu) schreef in zijn Sunan de woorden van de grote metgezel Hazrat Abdullah bin Mas’ud (radi Allāhu anhu) die als volgt luidt: “Toen de persoon werd begraven en het graf versierd, bleef de Heilige Profeet ﷺ als gewoonlijk een tijdje bij het graf en deed smeekbede op de volgende wijze: “O Allāh! Onze vriend in zeker Uw gasten. Hij heeft deze wereld de rug toegekeerd. O Allāh! Laat zijn tong de waarheid spreken op het moment van de ondervraging en laat hem niet worden geconfronteerd met de moeilijkheden in het graf daar hij niet de kracht heeft om zich daartegen te beschermen.”

We hebben al, door bovenstaande duidelijk bewezen dat het is zeker een sunnat daad is om bij het graf van een (soenniet) moslim te staan en te pleiten voor zijn vergiffenis. Laten we toch verder gaan met onze argumenten. Het is al gezegd over de juridische dienst van de grote boeken van de rechtspraak zoals Fath ul Kabir, Bahr-ur Raaiq, Fatāwa Aalamgiri, enzovoorts dat het staan bij het graf en smeekbede doen voor de overledene een sunnat daad is. Met andere woorden, de daad van du’ā is ingedeeld als sunnat en we weten dat de Azān ook een du’ā is.

De grote Schriftgeleerde van de rechtspraak Mulla Ali Qāri (radi Allāhu anhu) schrijft in zijn commentaar van Mishkāt: “Iedere smeekbede is de Zikr (van Allāh Ta’ālā), en vervolgens is de Zikr smeekbede.”

Om dit te identificeren, laten we een Hadith van de Heilige Profeet ﷺ citeren. Het is verklaard dat eens de geliefde metgezel de Takbīr (Allāhu Akbar) zeer hardop reciteerde. (Vrezende voor hun externe gezondheid), zei de Heilige Profeet ﷺ, “Heb genade voor uzelf, u bent inderdaad geen smeekbede aan het doen voor Iemand die doof en blind is, maar u bent smeekbede aan het doen voor Wie is Alhorend en Alwetend is.”

We zien uit deze Hadith dat de Profeet ﷺ duidelijk heeft omschreven de voordracht van de Allāhu Akbar als smeekbede en het is ditzelfde woord dat we vinden in de Azān. De Azān wordt dus nu een smeekbede en als dat het is, hoe kan iemand dan zeggen dat het niet toelaatbaar is om de Azān te reciteren bij een persoon in het graf als bewezen is uit authentieke bronnen dat het reciteren van smeekbede bij een moslimgraf een sunnat daad is!

ATTEST 7

Nu hebben we duidelijk gemaakt dat het absoluut een sunnat daad is om een du’ā te doen voor de overledene, laat het ons onderzoeken wat de grote Schriftgeleerden te zeggen hebben. De grote Schriftgeleerden van de islam hebben verklaard over de ethiek van de smeekbede, dat voordat een smeekbede gedaan wordt vooraf een goede daad verricht moet worden. De grote Shamsuddin Imām al-Jazari (radi Allāhu anhu) zei: “Tot de ethiek van de smeekbede is, dat voordat het wordt gedaan, vooraf een aantal goede daad dienen te worden verricht.” Deze traditie is ook gemeld in de boeken van Abu Dawud, Nasā’ī, Ibn Majāh en ibn Habban.

Dienen wij de moslims te herinneren hoe groot en goed in feite recitatie van de Azān is? Als elke moslim volledig bewust is van de uitmuntendheid, ten goede komen en de beloning die bereikt wordt door het reciteren, waarom zou het niet worden gereciteerd bij het graf, waarna de moslims de smeekbede voor de overledene mogen doen!

ATTEST 8

De Heilige Profeet ﷺ verklaarde de tijdstippen waarop de smeekbede van een persoon meestal wordt aanvaard: “Er zijn twee smeekbeden die niet worden geweigerd. Eén is op het moment van de Azān en de andere is aan het begin van de Jihad.” Deze traditie is in het boek van Abu Dawud geschreven. In een ander Profetische verklaring heeft de Heilige Profeet ﷺ verklaard: “Wanneer de muezzin de Azān reciteert, (op dat moment) de deuren van Jannah worden geopend en de smeekbede wordt geaccepteerd.”

Moeten er meer uit te leggen zijn? We zien duidelijk dat op het moment van de Azān, niet alleen is de muezzin beloond wordt, maar de smeekbede wordt na dit ook aanvaard. Stelt u zich de status van de smeekbede voor, gedaan na de recitatie van de Azān bij het graf! Maar, zoals we eerder hebben verklaard zijn er enkele misleide personen met als enige doel niets anders te beroven van de moslims dan deze grote zegen. Moge Allāh hen leiden naar de goede weg!

ATTEST 9

Laten we nu inzage hebben in de woorden van de Heilige Profeet ﷺ om een ander aspect van het voordeel te zien dat kan worden bereikt door de voordracht van de Azān. De Heilige Profeet ﷺ heeft gezegd: “Wat betreft het geluid van de Azān bereikt, zover die reikt zoveel wordt de muezzin van de Azān vergeven. Elke droge en natte object dat het geluid bereikt, zij vragen om vergeving voor de muezzin van de Azān.” Abu Dawud, Ahmed, Ibn Majāh, Nasā’ī.

We zien door deze verklaring van de Heilige Profeet ﷺ, dat de persoon die de Azān reciteert na de Azān brandschoon is van alle zonde. Moeten we de moslimgemeenschap eraan herinneren hoe geliefd in feite een smeekbede van een dergelijk individu is? Als wij hiervan op de hoogte zijn, waarom zouden we deze persoon niet vragen de Azān bij het graf te reciteren en daarna verzoeken een smeekbede te doen. In feite is dit beleid van de Azān oproep door een persoon verzekerd van vergiffenis en een du’ā reciteren is niets anders dan de Profetische opdracht.

Laten we eens zien wat de Heilige Profeet ﷺ heeft gezegd: “Als je een terugkerende Hadji ziet moet u hem begroeten en ontmoeten voordat hij in zijn huis gaat. Je moet hem vragen een smeekbede voor u te doen, want hij inderdaad iemand die vergeven is.”

Wij vragen u nu, o moslims, als bij het graf van een moslim een moslim gevraagd wordt de Azān te reciteren, wetende dat hij volledig vergeven zal worden (conform de indicatie die ons gegeven is door de Profeet ﷺ zelf), daarna vragen we hem smeekbede te doen voor de overledene moslim, vragen wij u, is dit verboden? Moge Allāh degene leiden op het rechte pad wiens enige doel is het misleiden van de moslims en hen beroven van grote geestelijke zegeningen.

ATTEST 10

Feitelijk hebben we al bewezen dat de Azān een van de herdenkingen (Zikrullah) is van Allāh Ta’ālā. Wij gaan nu de profetische verklaring duidelijk beschrijven hoe buitengewoon gunstig de Zikr van Allāh is. De Heilige Profeet ﷺ heeft verklaard: “Niets is meer waard dan iemand kunnen beschermen tegen de toorn van de Allāh Ta’ālā middels Zijn Zikr (herinnering).” Ahmed

Het is al gezegd, dat waar de Azān wordt gereciteerd, die plaats gedurende de hele dag veilig is voor de Straf van Allāh. Van deze overlevering leren wij dat als we Azān reciteren bij een (soenniet) moslims graf we niets anders doen dan ervoor te zorgen dat de plaats vrij is van de Straf van Allāh gedurende de hele dag. We zullen ook moslim hierin dienen bij te staan. Moeten we zeggen dat het grote voordeel heeft door dit te doen?

De grote jurist Mulla Ali Qāri (radi Allāhu anhu) schrijft in zijn commentaar van Sahīh Bukhārī, na het uitvoerig beschrijven van de vele voordelen en de voordelen die bereikt worden met de recitatie van de Qur’ān en andere Zikr van Allāh bij het graf van een moslim, verder verduidelijkt, zegt verder: “Alle soorten van Zikrullah helpen de overleden moslims zeker in het graf.”

Imām Badruddin Ani (radi Allāhu anhu) schrijft in zijn commentaar van Sahīh Bukhārī verder een verduidelijking van dit punt. Hij zegt: “Een van de overwegingen voor de overleden persoon worden (onder andere) dat de moslims zich moeten verzamelen bij het graf, zij dienen de Heilige Qur’ān te reciteren en ook zichzelf in de Zikr (herinnering) aan Allāh Ta’ālā verdiepen. Deze acties zijn in feite een grote meerwaarde voor de overledene moslims.” Na opgave van deze fragmenten blijkt duidelijk, dat de Azān ook één van de Zikr van Allāh Ta’ālā is. Wij vragen u, moeten wij ons terughouden van het reciteren van de Azān bij een (soenniet) moslims graf?

ATTEST 11

We weten ook, dat wanneer de Azān wordt gereciteerd we ook in het proces van herdenking van de Heilige Profeet ﷺ zitten. We zijn ook bewust van de enorme zegeningen die bereikt worden door het herdenken van Allāh’s geliefde Profeet ﷺ. Inderdaad weten we, dat het herdenken van de Profeet ﷺ ook het herdenken van de Schepper is. De grote Schriftgeleerden ibn Ata en Imām Qāzi Ayaaz (radi Allāhu anhuma) verklaren het Qur’ān vers:

وَرَفَعْنَا لَكَ ذِكْرَكَ

“En (is) uw roem niet verheven? (O Mohammed) “Surah al-Sharh (de expansie), H94, vers 4

Zij verklaren dit vers als volgt: “Ik (Allāh) hebt U [O Mohammed] een herinnering onder mijn herinnering gemaakt. Sterker nog, hij die u [O Mohammed] herinnert, herinnert mij.”

Laten we nu nader beschouwen de toestand van degene die Allāh Ta’ālā herinneren. De Heilige Profeet ﷺ zei: “De Engelen van Allāh omringen hen. De barmhartigheid van Allāh omringt hen en vrede en sereniteit dalen op hen af.”

We moeten ook niet vergeten, dat bij het herdenken van een vrome dienaar van de Allāh Ta’ālā, het een middel wordt voor de ontvangst van Allāh’s Barmhartigheid. De grote heilige Hazrat Sufyan bin Ainiya (radi Allāhu anhu) verduidelijkt dit punt. Hij zegt: “Met de herdenking van de vrome, daalt de Barmhartigheid van Allāh af.”

Laten we logischerwijs de grote status van de Heilige Profeet ﷺ nader beschouwen en Wij zullen onmiddellijk zien wat de enorme voordelen zijn voor de recitatie van de Azān bij het graf. Abu Jāfar bin Hamdān (radi Allāhu anhu) citeert van Abu Omaro bin Majia (radi Allāhu anhu) het volgende: “Inderdaad, de Profeet ﷺ is het hoofd van de Vrome.”

Nu we hebben gezien dat hij zeer zeker het hoofd van de Vrome is en met de herdenking van de vrome de Barmhartigheid van de Allāh Ta’ālā afdaalt, kunnen we ons de genade voorstellen, die zal afdalen, wanneer hij (de Profeet ﷺ) wordt genoemd in de Azān. Tot dusverre; helaas zien we dat er een aantal misleide personen zijn die hopen dit grote voordeel van de (soenniet) moslims te beroven!

ATTEST 12

Het staat inderdaad in vele tradities van de Heilige Profeet ﷺ, dat de persoon in het graf, net als in een nieuw huis, zich opgesloten voelt en extreme angst en bezorgdheid ervaart. Moeten we vragen om meer, wanneer we afweten van het grote comfort dat kan worden bereikt door de herdenking van Allāh Ta’ālā met het reciteren van de Azān. Dit is inderdaad een vorm van Zijn gedenken.  Allāh Ta’ālā heeft dit feit heel duidelijk verklaard in de Heilige Qur’ān.

Allāh Ta’ālā openbaart:

 ٱلَّذِينَ آمَنُواْ وَتَطْمَئِنُّ قُلُوبُهُمْ بِذِكْرِ ٱللَّهِ أَلاَ بِذِكْرِ ٱللَّهِ تَطْمَئِنُّ ٱلْقُلُوبُ

“Degenen die geloven, en wier hart rust vindt in de gedachtenis aan Allāh; ziet toe! In het gedenken van Allāh kunnen de harten rust vinden.” Surah Ra’d (de donder), H13, vers 28

De volgende traditie zal duidelijk uitleggen dat de rust is te vinden n de voordracht van de Azān. De Heilige Profeet ﷺ legt uit: “Toen Hazrat Adam (alayhis salām) neerdaalde in Hind (India) werd hij met extreme angst bevangen. In deze fase kwam Hazrat Jibra’il (alayhis salām) en reciteerde hij de Azān (om de angst weg te nemen).”

Wij vragen u, o moslims, als we het reciteren van Azān bij het graf van een moslimbroeder, heel goed wetende dat hij van vrede en hoop zal ervaren, zijn wij dan niet een middel om de islamitische medeburgers te helpen? Dienen wij het grote voordeel uit te leggen dat bereikt kan worden door een moslimbroeder te helpen? De Profeet ﷺ heeft gezegd: “Allāh Ta’ālā helpt de dienaar (aanbidder) zo lang als hij (de dienaar) zijn moslimbroeder helpt.” Abu Dawud, Muslim, Tirmizi

De Profeet ﷺ geeft een nadere precisering van de excellente hulp van een moslimbroeder. Hij zegt: “Hij, die (in het proces is) van het helpen van zijn moslimbroeder, zal door Allāh Ta’ālā zeker geholpen worden in zijn nood. Hij die helpt het probleem van zijn moslimbroeder te verminderen, zijn probleem zal Allāh Ta’ālā op de Dag des Oordeels verminderen.” Bukhārī, Muslim

ATTEST  13

Laten we nu eens zien wat andere voordelen van de voordracht van de Azān voor ons zijn. In het boek Musnad-ul-Firdaus verhaalt Hazrat Ali (radi Allāhu anhu): “De Heilige Profeet ﷺ zag mij in een staat van verdriet en angst, hij zei, ‘O Ali Ibn Abi Tālib! Ik zie je in een staat van droefheid, dus vraag een lid van uw
huishouding in uw oor Azān te reciteren, voorwaar, de Azān verdrijft verdriet’.”

We moeten ook niet vergeten, dat de grote geleerden hebben verklaard over deze Profetische verklaring. Ze hebben duidelijk gemaakt: “We hebben het zeker geprobeerd en vonden dat het zo nauwkeurig is als dit.” Mirqāt

Wij vragen u, zouden wij geen vreugde voor de persoon in het graf moeten brengen als we weten wat de recitatie van de Azān als vreugde voor de moslim brengt? Moeten we de moslims ook aan herinneren hoe geliefd deze actie van vreugde is voor een moslim en hoe hoog deze daad wordt beschouwd bij de Allāh Ta’ālā? Laten we een profetische verklaring citeren als grondslag voor deze actie die zo geliefd is bij Allāh Ta’ālā: “Hazrat Abdullah bin Abbās (radi Allāhu anhu) verhaalde, dat de Profeet ﷺ heeft verklaard: “Inderdaad, de meest geliefde actie bij Allāh Ta’ālā na de Farz (verplicht) daden, is een gelukkig en vrolijke moslim’. Tabrānī

ATTEST 14

Allāh Ta’ālā legt het belang van Hem lofprijzing uit. In de Heilige Qur’ān openbaart Hij:

 يٰأَيُّهَا ٱلَّذِينَ آمَنُواْ ٱذْكُرُواْ ٱللَّهَ ذِكْراً كَثِيراً

“O, u die geloven! Gedenkt Allāh en doe dit vaak.”Surah Ahzāb (de confrères), H33, vers 41

Nogmaals ter verduidelijking van dit geweldige positie om te worden toegewezen aan de lofprijzing van de Allāh Ta’ālā, de Heilige Profeet ﷺ heeft gezegd: “Lofprijs Allāh Ta’ālā zozeer, dat de mensen beginnen te denken dat u gek bent.” Ahmed

We zien duidelijk, dat het absoluut verplicht en zeer nuttig is om voortdurend de lof van Allāh Ta’ālā te verkondigen. We weten ook dat zonder twijfel de Azān onder de lof valt van Allāh Ta’ālā. Is het nodig samen te vatten wat het grote voordeel is te behalen door betrokkenen bij het Lof van de Allāh Ta’ālā! Als dit de status wordt van de actie, nadenken over de sawāb (zegen) dat zal worden gerealiseerd door het reciteren van de Azān op een moslims graf!

ATTEST 15

Laten we nu zien wat enkele van de voordelen zijn die worden gerealiseerd door betrokkenen bij de islamitisch activiteiten bij het graf van een moslimbroeder. Imām Abu Bakr Zacharia Nuwi (radi Allāhu anhu) schrijft in zijn commentaar van de grote boek Sahīh Muslim: “Het is zeker beschouwd mustahab (wenselijk) dat, wanneer de
overledene is begraven, moet even gaan zitten bij zijn graf, net zo lang als nodig is om een kameel te slachten en het vlees te verdelen. De mensen rondom het graf dienen zich bezig te houden met de recitatie van de Heilige Qur’ān en moeten ook smeekbede doen voor de overleden (soenniet) moslim. Zij moeten zich ook bezig houden met het geven van goede raad en ook verhalen vertellen van de Vrome slaven van Allāh Ta’ālā.”

Deze zijn, met de hulp van de Allāh Ta’ālā, enkele bewijzen dat deze dienaar (Imām Ahmed Raza Khan) van de islam heeft ingediend ter staving van de actie van reciteren van de Azān bij het graf van een moslim. Moge Allāh Ta’ālā die grote Schriftgeleerden belonen die zich opgeofferd hebben deze bewijzen te combineren en te analyseren.

Samenvatting

Kortom, laten we puntsgewijs de te bereiken voordelen door het reciteren van de Azān bij het graf opsommen, die ten goede komen aan de muezzin en aan hen die het horen, vooral van de overleden moslim:

  1. De persoon wordt beschermd tegen het kwaad of angst van het graf.
  2. Hij is beschermd tegen het vuur van de hel.
  3. De muezzin helpt de persoon bij de beantwoording van de vragen van Munkar en Nakir.
  4. De persoon wordt beschermd tegen de straf van het graf.
  5. Aangezien in de Azān de naam van de Profeet ﷺ vermeld wordt, is het een reden voor de dalende Barmhartigheid van Allāh Ta’ālā ten voordele van de overleden (soenniet) moslim.
  6. De recitatie verwijdert angst en verdriet.
  7. De recitatie is een middel om de vreugde aan een moslim.
  8. Het is ook een middel van het vervullen van de geliefde sunnat van de Heilige Profeet ﷺ.
  9. Het is een middel lovende Allāh Ta’ālā.
  10. Het is een middel om de smeekbede waarin de Ahadīth van de Profeet ﷺ heeft genoemd als Ibādah (aanbidding).

Alle Lof is aan Allāh Ta’ālā. Het is inderdaad verbazingwekkend dat degene die dit (reciteren van Azān) verbieden niets anders doen dan de moslims van alle bovengenoemde voordelen beroven. Het is een feit, dat als we er reciteren van de Azān bij het graf van een moslimbroeder wij niets anders doen dan de uitoefening van de gezegende woorden van de Heilige Profeet ﷺ waarin hij heeft duidelijk gezegd: “U moet zo veel mogelijk ten goede komen aan uw moslimbroeder.” Die mensen die zeggen dat de Azān uitsluitend dient te worden gereciteerd op het moment van zijn Salāh zijn absoluut verkeerd. Bij talrijke gelegenheden in de Shari’ah is gezien dat het mustahab (wenselijk) is beschouwd de Azān te reciteren wanneer een kind wordt geboren, wanneer iemand is triest en/of angstig is, etc. Op geen enkele plaats is het genoemd, dat de Azān niet mag worden gereciteerd bij het graf van een (soenniet) moslim.

Moge Allāh Ta’ālā ons de kracht geven om met oprecht Zijn geliefde Profeet Mohammed ﷺ, het recht geleide volk, de Heilige Familie en de vrome van deze Ummah te volgen.  Aamīn.


Translate »
error: Content is protected !!