Inleiding
Alle lof is aan Allāh, Duroed en Salaam op onze Geliefde Rasool Hazrat Mohammed Mustafa ﷺ
Jaarlijks vragen geloofsgenoten mij over de regelgeving omtrent zakāt wat op enige wijze in het Nederlands vertaald kan worden als armengeld. In deze uitgave over zakāt, de tweede in de reeks verplichte ibādah (eredienst van aanbidding van Allāh Ta’ālā) ga ik dieper in de regelgeving. De vertaalde citaten zijn aan de fiqh boeken Qanoon-e-Shariat en Bahār-e-Shariat ontleend.
Allāh Ta’ālā heeft geduid dat succes is voor degenen die zakāt geven. Hij heeft ook gezegd, dat wat je ook geeft, Allāh Ta’ālā zal het met nog meer vervangen en Allāh Ta’ālā is de beste in het geven van rijkdom. SubhānAllāh.
De ondertitel die ik aan deze uitgave geeft heeft een betekenis dat ik aan de Heilige Qur’ān heb ontleend, namelijk “Wie heeft recht op armengeld?” Ja, u leest het goed, het gaat om mensen en niet om instellingen.
Is zakāt verplicht?
Zakāt is een onderdeel van de verplichte erediensten in aanbidding van Allāh Ta’ālā. Het niet nakomen, indien behorende tot de categorie van plichtig, is een kabīra (grote) zonde.
De plicht lezen in wij in de geopenbaarde verzen die in de verschillende hoofdstukken van de Heilige Qur’ān in mushaf (boekvorm) zijn vastgelegd, te weten:
- De Heilige Qur’ān bespreekt naastenliefde in veel verzen, waarvan sommige betrekking hebben op zakāt.
- Het onderwerp zakāt wordt 70 keer genoemd in de Heilige Qur’ān en 32 samen met namāz verzen besproken en wordt onder andere gevonden in de Suwara (hoofdstukken) H7:156, H9:60, H19:31, H19:55, H21:73, H23: 4, H27: 3, H30: 39, H31:4 en H41: 7.
- Over zakāt worden de verzen gevonden in de surah die in Medina zijn geopenbaard en wordt beschreven als verplicht voor moslims.
- Het wordt gegeven ter wille van de redding.
Allāh Ta’ālā heeft geduid dat succes is voor degenen die zakāt geven. Hij heeft ook gezegd dat wat je ook geeft, Allāh Ta’ālā zal het met nog meer vervangen en Allāh Ta’ālā is de beste in het geven van rijkdom.
De metgezellen van de Heilige Profeet Mohammed ﷺ wisten hun fundamentele belang in de islam. Het is een bekend feit dat na de dood van de apostel van Allāh Ta’ālā een aantal van de stammen die wel geloofden in de Tawhīd (Eenheid van Allah Ta’ālā) en het namāz (dagelijkse vijf gebeden) weigerden zakāt af te dragen. De eerste kalief Hazrat Abu Bakr Siddiq gaf in een antwoord op de adviezen van Hazrat ‘Umar (radi Allāhu anhuma) om tolerantie ten opzichte van deze mensen te tonen en zei in expliciete bewoordingen: “Bij Allāh, ik zou zeker geen oorlog voeren tegen hen die zich distantiëren in eredienst van zakāt”.
In vers 83 heeft Allāh Ta’ālā ook verklaard ‘dat degenen die vrek zijn, denk dan niet dat wat Allāh hun heeft gegeven vanwege Zijn deugd, het een goede zaak voor hen is, maar het is een slechte zaak voor hen, want dat item zal rond hun nek worden omgewikkeld en een slot erop worden gezet voor degenen die krap met hun geld zijn.
Voordelen voor de zakāt afdrager
Het is vermeld in de hadīth, dat door het geven van zakāt de volgende voordelen worden verkregen:
- Verkrijg het plezier van Allāh Ta’ālā.
- Toename van de welvaart en bescherming tegen verliezen.
- Allāh’s vergeving en zegeningen.
- Bescherming tegen de Toorn van Allāh Ta’ālā en van een slechte dood.
- Een schuilplaats op de Dag des Oordeels en 6) Bescherming tegen zeventig soorten ellende.
Straf en verlies voor het niet geven van zakāt
Zakāt is farz (verplicht) en degenen die het afwijzen als farz zijn ongelovigen en degenen die geen zakāt geven zijn boosdoeners en executie waardig en degenen die uitstellen en niet op tijd zakāt afdragen zijn zondaars en hun getuigenis of eed zal niet worden aanvaard. Aalamgiri, Bahār
Volgens de Shari’ah wordt zakāt gedefinieerd als: “Uit uw goederen een deel voor Allāh Ta’ālā nemen dat door Shari’ah is vastgesteld en daarmee een arme moslim de eigenaar ervan maken.” Iets vervangen is geen zakāt afdragen, bijvoorbeeld om een arme persoon te voeden met de intentie zakāt afdragen, omdat dit de persoon niet de eigenaar van het geld zou maken. Als er echter ongekookte voedsel wordt meegegeven zal het worden beschikt als het afdragen van zakāt en op dezelfde manier als kleding wordt meegegeven met de bedoeling van zakāt, zal de zakāt worden vervuld. Durr-e-Mukhtar
Allāh Ta’ālā heeft ook verklaard, dat degenen die zilver en goud verzamelen en het niet op het pad van Allāh Ta’ālā uitgeven, zij een zware straf gaan krijgen, ze worden verhit in het vuur van de Hel en daarmee zullen hun voorhoofd en zijkanten van het lichaam en rug worden gemarkeerd, en ze zullen worden verteld dat dit de straf is van dat goud en zilver dat je hebt verworven voor je verlangens en zo proef je wat je had verkregen.
De Heilige Profeet Mohammed ﷺ zei: “Allah Ta’ālā heeft vier verplichtingen gesteld en degenen die er maar drie uitvoeren en als u er één mist, heeft het voor hen totaal geen zin totdat alle vier verplichtingen niet zijn uitgevoerd. Deze vier verplichtingen zijn namāz, saum [in Ramadān al-Mubārak), zakāt en hadj, en hij verklaarde dat degenen die geen zakāt afdragen, hun namāz niet wordt geaccepteerd.” Tabrānī, Abu Dawood, Imām Ahmad
Omstandigheden waarin zakāt nodig zou worden
Regelgeving: voorwaarden om zakāt plicht te hebben
- Een moslim zijn
- Volwassen zijn
- Gezond zijn (bewust zijn, weten wat gebeurt)
- Vrij zijn (dus geen slaaf)
- Eigenaar zijn van goederen boven nisāb (drempel waar zakāt nodig zou worden)
- Volledig eigenaar zijn van de goederen
- Vrij zijn van enige vorm van lening
- Vrij zijn van alle goederen die worden beschouwd als eerste levensbehoeften
- De goederen hebben een waarde die zal toenemen
- Een jaar voorbij
Op wie is zakāt geen plicht?
- Zakāt plicht is niet van toepassingop een ongelovige. Als een kāfir (ongelovige) een moslim wordt, zal hij geen Bevel krijgen om zakāt af te dragen voor goederen uit voorgaande jaren toen hij een kāfir was [staat in alle fiqh boeken].
- Zakāt is niet onmisbaar voor een kind [Hidāyah, etc.].
- Zakāt plicht is niet van toepassingop iemand die een heel jaar psychisch gestoord is geweest. Als iemand in het begin van het jaar en aan het eind van het jaar psychisch gestoord is geweest, maar midden in die tijd niet dan is zakāt afdragen noodzakelijk. Als iemand vanaf zijn geboorte krankzinnig is en op gegeven moment in zijn volwassen leeftijd hij gezond is geworden, dan is zakāt vanaf dat moment van toepassing geworden en niet voor de voorgaande jaren. Johra, Aalamgiri, Radd-ul-Muhtar, Bahār
- Zakāt is niet van toepassing voor het bezit van goederen die onder de vastgestelde drempel van Shari’ah vallen, dus als een persoon goederen had die maar minder waarde had dan de drempel van nisāb, dan is zakāt plicht niet op hen.
Als goederen verloren zijn gegaan of in zee zijn gevallen of iemand hem heeft beroofd en hij heeft geen getuigen voor de overval of zijn begraven in een veld en je weet niet waar je het hebt begraven of wat goederen gegeven aan een vreemdeling voor bewaring en die persoon ging daarmee als een hazewind vandoor of je leende geld aan iemand en hij weigert de schuld terug te betalen en je hebt geen getuigen en dan na een periode van de tijd dat u uw goederen of geld terugkrijgt, dan is zakāt plicht niet toepasselijk voor de tijd dat de goederen niet uw bezit waren. Durr-e-Mukhtar, Radd-ul-Muhtar
Als u goederen heeft verkocht aan iemand die zegt dat hij later zal betalen, maar hij het uitstelt of failliet is gegaan of een Qāzi verklaarde dat hij arm is of weigert terug te betalen en hij heeft getuigen en als je dan de goederen terugkrijgt, dan is zakāt plicht ook toepasselijk voor de tijd dat het niet in uw bezit was. Tanwir, Bahār
Wat is nisāb?
Zakāt wordt betaald op het overschot van de rijkdom die overblijft na de doorgang van een jaar. Het is dus een betaling op de geaccumuleerde rijkdom.
Afgezien van dieren en landbouwproducten opbrengst, wordt zakāt betaald op bijna een uniform tarief van twee en een half procent. De minimale norm van de overtollige rijkdom waarover zakāt wordt berekend is bekend als nisāb. Het verschilt met verschillende soorten eigendom, het belangrijkste is 200 dirhams of 521 tolas (bijna 21 ons). In geval van zilver, en 20 Mithqāl of 71 tolas (bijna 3 ons) in het geval van goud. De nisāb van contant geld is hetzelfde als die van goud en zilver.
Een vaste tijd lening of mahr weerhoudt niet van om zakāt af te dragen
Als geld is geleend en dat pas na een bepaalde tijd afgelost moet worden, dan weerhoudt dit niet om zakāt af te dragen.[1] Radd-ul-Muhtar
Ook als de echtgenoot mahr (huwelijksgift) nog aan zijn vrouw moet geven, dan nog moet hij zakāt afdragen omdat de vrouw niet om de mahr vraagt. Aalamgiri, Bahār
Een lening zal niet ervan weerhouden zakāt te geven wanneer de lening is afgesloten voordat de zakāt wājib werd en als geld wordt geleend nadat zakāt verschuldigd is, moet zakāt nog steeds afgedragen worden.2 Radd-ul-Muhtar, Bahār
Zakāt op drie soorten goederen
Hājat-e-Asaliya
Dit betekent basisbehoeften die nodig zijn om te leven, zoals een woonhuis om in te leven, kleding om te dragen, levensmiddelen om te koken, dier/ voertuig voor transport, slaaf om te helpen, wapens voor de strijd, gereedschappen voor vakmanschap, boeken voor kennis en voorraad voedsel voor eten. Dus, als goederen worden beschouwd als niet zijnde de basisbehoeften en de waarde zijn boven de drempel van nisāb dan is zakāt noodzakelijk. Hidāyah, Aalamgiri, Radd-ul-Muhtar
Als iemand twijfelt of hij zakāt heeft afgedragen, dan moet hij opnieuw betalen. Aalamgiri, Radd-ul-Muhtar, Bahār, Sirājiyyah, Behr-ul-Raiq
De drie soorten goederen waarop zakāt van toepassing is zijn goud en zilver, goederen voor de handel, en dieren die worden gehouden voor productie en die eten op land met vrije uitloop.
Zakāt plicht is niet van toepassing op parels, diamanten en andere sieraden (behalve goud en zilver) ongeacht het waarde bedrag, echter, als ze worden gekocht met de bedoeling om handel te drijven, dan is zakāt afdragen noodzakelijk. Aalamgiri, Durr-e-Mukhtar, Bahār
Nisāb voor goud en zilver
De zakāt voor goud en zilver wordt bepaald door het gewicht en niet door de waarde. Als er wordt verwezen naar het gewicht en niet de waarde, dan wordt de zakāt gegeven voor een soortgelijk product zoals goud voor goud en zilver voor zilver; en eventueel voor een ander product wordt gegeven een ander product, bijvoorbeeld goud wordt gegeven als zakāt voor zilver of vice versa, dan wordt de waarde in aanmerking genomen. Radd-ul-Muhtar, Bahār
De Nisāb (drempel) is voor:
- goud is 7,5 tola (88 gram) en voor
- zilver is 52,5 tola (620 gram).
Er worden bijvoorbeeld sieraden of gebruiksvoorwerpen van goud gemaakt waardoor de waarde van het goud meer dan 200 Dirhams is geworden (wat de prijs kan zijn van 7,5 tolas goud). Tegenwoordig is de waarde van 7,5 tolas goud veel meer dan nisāb in vergelijking met de 52,5 tolas zilver. Daarom moet de nisāb berekend worden op gewicht en niet op de waarde. Op dezelfde manier door zilver te geven als zakāt voor goud, dan wordt de waarde niet meegeteld, maar het gewicht wordt wel meegeteld, zelfs als vanwege werk en vakmanschap de waarde is gestegen. Als u bijvoorbeeld €700 aan zilver had en u €25 voor zakāt hebt afgedragen omdat hoewel het sieraad €700 waard was, kostte het eigenlijk nog eens €300, wat het totaal €1000 maakt, en daarna is de zakāt slechts €20 en de andere €5 zou extra zijn, omdat de zakāt wordt gegeven op het gewicht en niet de totale waarde.
Berekening voor goederen meer dan de nisāb
Als iemand meer goederen heeft dan de nisāb en het meerdere is 20% meer, dan is er sprake van zakāt plicht.
Bijvoorbeeld: voor zilver meer dan 620 gram (nisāb) moet zakāt afgedragen worden voor elke 124 gram boven de drempel, omdat dit 20% van de drempel is en daarom
3,15 gram extra in zakāt worden gegeven. Durr-e-Mukhtar, Aalamgiri, Qāzi Khan
Calculatievoorbeelden
Iemand bezit zilver 720 gr
Drempel zilver is 620 gr – Verschil positief vermogen: 100 gr
Calculatie voor zakāt plicht:20% van 620 gram = 124 gram. Positief vermogen is < 124 gram, dus geen zakāt plicht over 100 gram.
Iemand bezit zilver 900 gr
Drempel zilver is 620 gr – Verschil positief vermogen: 280 gr Calculatie voor zakāt plicht:20% van 620 gram = 124 gram. Positief vermogen is > 124 gram, namelijk 280 gram. Dus, wel zakāt afdragen. Zakāt wordt 2,5% van 280 gram.
Op dezelfde manier voor goud na de nisāb van 88 gram moet zakāt afgedragen worden op elke 17,6 gram goud wat een extra zakāt zou betekenen van 0,45 gram. Als het meerdere < 20% is, is zakāt plicht niet van toepassing op het meerdere bedrag.
Calculatievoorbeelden
Iemand bezit goud 95 gr
Drempel goud is 88 gr –
Verschil positief vermogen: 7 gr
Calculatie voor zakāt plicht: 20% van 88 gram = 17,5 gram. Positief vermogen is < 17,5 gram, dus geen zakāt over 7 gram.
Iemand bezit goud 195 gr
Drempel goud is 88 gr –
Verschil positief vermogen: 107 gr
Calculatie voor zakāt plicht: 20% van 88 gram = 17,5 gram. Positief vermogen is > 17,5 gram, namelijk 107 gram, dus wel zakāt betalen. Zakāt wordt berekend 2,5% van 107 gram.
Zakāt op geld is ook noodzakelijk
Het is noodzakelijk om zakāt op chartaal en giraal geld af te dragen, aangezien dit hetzelfde is als contant geld.[2] Bahār
Zakāt plicht is op zakelijke goederen die een jaar beschikbaar zijn geweest onder voorwaarde dat de waarde van de goederen aan het begin van het jaar niet
< dan 200 dirhams. Aalamgiri
Pannen die zijn uitgeleend, hebben geen zakāt plicht en op dezelfde manier rust op een woonhuis dat is verhuurd geen zakāt plicht. Aalamgiri, Qāzi Khan
Zakāt op saima (dieren)
Definitie van saima
Zakāt is nodig bij drie soorten dieren die tot saima behoren, dat wil zeggen kamelen, koeien en geiten. Saima wil zeggen die dieren die het grootste deel van het jaar grazen en hun doel is om melk of kalf te krijgen, of gewoon om te houden. Tanweer, Bahār
- Kamelen: zakāt plicht is niet op < 5 kamelen. Hidāyah, Durr-e-Mukhtar
- Vee: bij < 30 koeien is geen zakāt plicht. Aalamgiri
- Schapen en geiten: bij < 40 schapen of geiten is geen zakāt plicht.
Hazrat Jābir (radi Allāhu anhu) rapporteerde dat de Profeet Mohammed ﷺ zei: “Degene die geen zakāt afdraagt op zijn veestappel zal door hen gebeten worden op de Dag des Oordeels, en ook zullen ze op heb trappelen.” Sahīh
Hazrat Abu Huraira (radi Allāhu anhu) rapporteerde dat de Profeet Mohammed ﷺ zei: “Degene die geen zakāt afdraagt over zijn rijkdom zal op de Dag des Oordeels door dit rijkdom die in giftige reptielen gaan veranderen worden omringt aan hun nek. Deze reptielen zullen aan hem zeggen, ik ben je rijkdom, jouw schat.” Ibn Majāh en Nasā’ī
Hazrat Masruq (radi Allāhu anhu) rapporteerde dat de Profeet Mohammed ﷺ zei: “Degene die het afdragen van zakāt vertraagt is vervloekt. Degene die zijn zakāt niet afdraagt zijn namāz is niet geaccepteerd en de rijkdom waaruit zakāt moeten worden afgedragen wordt vernietigt. Degene die zakāt niet afdragen zijn munafiq (huichelaar). Het stopzetten van zakāt veroorzaakt hongersnood net zoals overspel zich verspreid als een epidemie. Halāl rijkdom wordt harām door zakāt niet af te dragen, maar het afdragen van zakāt houdt het rijkdom halāl.” Sahīh
Als thuis hooi of gras wordt gebracht of als de dieren gewend zijn om ladingen te dragen of worden gebruikt om verder te reizen, dan zijn ze, zelfs als ze grazen, niet Saima en rust geen zakāt plicht op u. Op dezelfde manier als ze worden gehouden voor vlees om te eten, is er geen zakāt plicht, zelfs niet als het dier graast in het wild. Als het dier te koop is en wordt gehouden om te grazen, dan is dit ook geen Saima, de waarde moet echter worden berekend als zakelijke goederen en de zakāt moet als normaal worden opgegeven. Durr-Mukhtar, Radd-ul-Muhtar, Bahār
Calculatie zakāt voor kamelen in bezit
- Als u vijf of meer dan vijf maar minder dan vijfentwintig hebt, dan wordt op elke vijf kamelen één geit als zakāt gegeven. Dus als u er vijf hebt, moet er één geit worden gegeven en als u er tien hebt, worden er twee gegeven, enz. Hidāyah, Durr-Mukhtar
- Als er tussen 36 en 45 kamelen zijn, dan moet een kameel ouder dan 2 jaar oud worden gegeven.
- Als er tussen de 46 en maximaal 60 kamelen zijn, dan moet één kameel ouder dan 3 jaar worden gegeven.
- Als er tussen 61 en tot 75 kamelen zijn, dan moet een kameel worden gegeven die ouder is dan 4 jaar.
- Als er tussen de 76 en maximaal 90 kamelen zijn, dan worden 2 kamelen ouder dan 1 jaar gegeven.
- Als er tussen de 91 en maximaal 120 kamelen zijn, moeten 2 kamelen ouder dan 2 jaar worden gegeven.
- Als er meer dan 120 tot 140 kamelen zijn, moeten 2 kamelen ouder dan 3 jaar en één geit voor elke vijf kamelen extra worden geven.
- Bijvoorbeeld, als u 125 hebt geef u twee kamelen (ouder dan 3 jaar) en één geit,
- Als u 130 kamelen hebt geef u 2 kamelen en 2 geiten, enz.
- Als u 150 kamelen hebt geef u 3 kamelen (ouder dan 3 jaar).
Calculatie zakāt voor vee in bezit
- Als u 30 hebt, dan is de zakāt één kalf ouder dan één jaar.
- Als u 40 – 59 hebt, is de zakāt één kalf ouder dan 2 jaar oud.
- Bij 60 runderen is de zakāt voor elk 31ste rund een kalf van 1 jaar oud en voor elk 41ste rund 1 kalf ouder dan 2 jaar.[3]
- Voor 80 geef u 2 kalveren die allebei twee jaar oud zijn, enz.
Dezelfde regel is van toepassing op koeien en buffels en als u een gemengd aantal hebt, worden ze samen toegevoegd.[4]
Calculatie zakāt voor schapen en geiten in bezit
- Als u tussen 40 en 120 hebt dan zou je één geit of schaap geven,
- Tussen 121 – 200: 2 geiten worden gegeven.
- Tussen 201 en 300: 3 geiten worden gegeven.
- Tussen 301 en 400: 4 geiten worden gegeven.
- Vervolgens wordt voor elke 100 extra schapen/geiten 1 extra geit gegeven en voor eventuele geiten dat tussen de honderd liggen, is er geen extra zakāt plicht.[5]
De keuze is aan u of u een mannetje of een vrouwtje geeft, maar het is noodzakelijk dat het dier > 1 jaar oud is. Durr-e-Mukhtar, Bahār
Lam, schaap of geit worden allemaal als hetzelfde beschouwd en als u geen complete kudde van één soort hebt, dan moeten ze bij elkaar worden opgeteld en kun u schapen of lammeren geven als zakāt, maar ze moeten > 1 jaar oud zijn. Durr-e-Mukhtar
Als u paarden, ezels of muilezels hebt, dan zijn ze geen Saima, ook al zijn ze om te grazen. Als zij worden gehouden voor handel, dan moeten ze worden behandeld als bedrijfsvoorraad en 2,5% moet op hun waarde worden gegeven.
Zakāt op gewassen en fruit
Welke grondgebied wordt beschouwd als Ushr (1/10) en als Nisf Ushr (1/20)?
De Heilige Profeet Mohammed ﷺ heeft verklaard dat het grondgebied waarop regen valt of water stroomt en de grondgebied nat maakt of wordt voorzien van water uit een rivier of beek, dan moet dat worden gegeven in Ushr (1/10 van de gewassen moet aan liefdadigheid worden gegeven) en het grondgebied die water moet krijgen, [dus] waar het water op het grondgebied wordt gesproeid op een dier, enz. dan moet dat worden gegeven als Nisf Ushr (1/20 van de te geven oogsten). Sahīh Bukhārī etc.
Als het landbouwgrondgebied dat wordt bewaterd door regenwater of uit een beek, dan moet Ushr worden gegeven, namelijk 1/10 van de oogsten
Als het landbouwgrondgebied enkele dagen wordt bewaterd met regenwater en enkele dagen van aangevoerd water in emmers enz., dan als er meer van de dagen wordt gebruikt met regenwater en een paar dagen van water in emmers, dan is Ushr Wājib, anders is Nisf Ushr. Radd-ul-Muhtar, Durr-e-Mukhtar
Als land in pacht is gegeven aan een boer voor de landbouw, dan is de Ushr aan de boer om te geven. Radd-ul-Muhtar
Als het land van de Ushr is verdeeld tussen de landbouwer en de verhuurder, moet de Ushr worden betaald door beiden. Als het land een belastbare bron is, moet de belasting worden betaald door de grondgebied eigenaar. Radd-ul-Muhtar
Verschillende velden onder Ushr
Het is noodzakelijk om belasting te betalen over grondgebied dat belastbaar is. Het is noodzakelijk om Ushr te geven op grondgebied dat Ushri of grondgebied dat niet Ushri is en niet belastbaar. Ushri grondgebied is dat terrein waar het nodig is om Ushr (betekenis te geven wat er ook 1/10 van groeit) en belastbaar grondgebied is dat grondgebied waar belasting moet worden betaald, dat wil zeggen zoveel belasting die de koning van de islam heeft vastgesteld, of deze nu wordt vastgesteld als een percentage van de gewassen, bijvoorbeeld 25%, 33%, 50% of een vast bedrag, bijvoorbeeld 10 of 20 euro’s per acre of iets vergelijkbaars met wat Hazrat Umar Farooq (radi Allāhu anhu) had bepaald, namelijk 10% van de oogst.
Er zijn drie soorten grondgebied:
- Ushri
- Belastbaar (Khiraji)
- Niet Ushri en niet belastbaar.
Als je weet welke regeling het islamitische sultanaat heeft gemaakt, geef dan zoveel als het is en niet meer dan wat is vastgelegd in de hadīth door Hazrat Umar Farooq (radi Allāhu anhu), en als er geen vast bedrag is vermeld in de hadīth, dan mag niet meer dan de helft van de oogsten worden gegeven en het is ook een voorwaarde dat het grondgebied in staat is de gewassen te verbouwen. Durr-e-Mukhtar, Radd-ul-Muhtar
Als u bewust bent van wat het islamitische sultanaat heeft vastgesteld, geef dan op waarmee het is opgelost door Hazrat Umar Farooq (radi Allāhu anhu) en als dit niet bekend is, geef dan de helft. Fatāwa-e-Razvia
Waar geen islamitisch sultanaat is, moeten de mensen daar zelf geld uitgeven aan de armen en behoeftigen en degenen die zelf op belasting moeten vertrouwen. Bahār-e-Shariat
Het grondgebied in India wordt niet als belastbaar beschouwd, tenzij bewezen wordt dat een bepaald grond belastbaar is volgens Shari’ah. Bahār-e-Shariat
Voor wie en voor wat is ‘Ushr nodig?
Het is geen voorwaarde om volwassen of om gezond te zijn voor betalen van Ushr (belasting). Wat er ook op het land groeit en eigendom is van een kind of een krankzinnige persoon, moet nog steeds ‘Ushr betalen. Aalamgiri, Bahār
Als de persoon wie ‘Ushr moet afdragen sterft en de beoefenaar aanwezig is, dan zal de Ushr van hem worden afgenomen. Aalamgiri, Bahār
Het is geen voorwaarde voor ‘Ushr dat er een heel jaar voorbij moet gaan, in feite in één jaar in één stuk land zijn gewassen vele malen verbouwd, dan moet ‘Ushr elke keer worden gegeven. Durr-e-Mukhtar, Radd-Muhtar
Aan wie kan zakāt worden gegeven?
Er zijn zeven soorten mensen aan wie de zakāt kan worden gegeven op de volgorde:
- Faqir (arme persoon)
- Misqien (bedelaar)
- Amīl (aangewezen persoon)
- Riqab (slaaf)
- Gharim (persoon met schulden)
- Fie-Sabielillah (besteed op het pad van Allāh Ta’ālā)
- Musāfir (reiziger)
Definities van de zeven soorten mensen
Een faqir is een persoon die een eigendom heeft, maar niet genoeg om de kwalificatiedrempel bekend te maken als nisāb, of hij heeft genoeg om de nisāb te vervullen, maar een deel van of alle eigendommen maakt deel uit van zijn basisbehoeften, zoals een woonhuis, kleding om te dragen, bedienden voor zijn zorg en gereedschap voor zijn beroep, ongeacht hoe duur ze zijn, ze worden niet meegeteld in nisāb. Als hij spaargeld heeft dat minder is aan de nisāb of hij heeft spaargeld maar hij heeft ook schulden en wanneer zijn schuld daarmee is ingelost, komt zijn spaargeld onder de nisāb, dan wordt deze persoon beschouwd als een arme persoon. Radd-ul-Muhtar etc.
Een misqien is een persoon die niets heeft en zelfs wanhopig op zoek is naar onderdak of kleding om zijn lichaam te bedekken en zijn toevlucht moet nemen tot bedelen. Het is toegestaan voor een misqien om te bedelen maar het is niet toegestaan voor een faqir om te bedelen, omdat als een persoon genoeg voedsel of kleding heeft om zichzelf te bedekken, dan is het harām voor die persoon om te bedelen. Aalamgiri
Een Amīl is een persoon die is aangewezen door de leider van de islam om geld van mensen in te zamelen voor zakāt. Hij zou genoeg moeten krijgen zodat hij en zijn helpers de gemaakte kosten kunnen dekken tijdens het verzamelen van zakāt. Hij moet niet meer geld krijgen dan wat hij heeft verzameld, zijn kosten zijn meer dan de helft van dat bedrag. Durr-e-Mukhtar, enz.
Riqab betekent geld geven aan een slaaf zodat hij met dat geld zichzelf kan bevrijden van zijn meester en een vrije man kan worden.
Gharim bedoelt een persoon die zoveel schulden heeft, dat hij, door het af te betalen, niet genoeg zou hebben om de nisāb te vervullen. Durr-e-Mukhtar
Fie-Sabielillah betekent spenderen op het pad van Allāh Ta’ālā. Dit kan op veel manieren worden gedaan. Als een persoon wenst naar Jihād (strijd om de islam) te gaan en hij heeft niet de nodige middelen voor wapens en goederen, dan kan hij zakāt krijgen, zelfs als hij de macht heeft om geld te verdienen. Als een persoon wenst hadj plicht uit te voeren en hij heeft niet de middelen om dit te doen, dan kan hij zakāt krijgen om de hadj uit te voeren, maar het is hem niet toegestaan om het geld te vragen of te bedelen. Als een student religie studeert kan hem zakāt worden gegeven en deze student kan zelfs om geld vragen of bedelen als hij zich specifiek voor heeft gereserveerd het leren van islamitische kennis, zelfs als hij de macht heeft om het geld te kunnen verdienen. Op dezelfde manier, zakāt kan worden besteed aan alle vrome activiteiten waarbij de voorwaarde is dat de persoon die de zakāt neemt de eigenaar van het geld wordt, als het niet de bedoeling is om de persoon de eigenaar te maken, zal zakāt niet worden vervuld. Durr-e-Mukhtar, Bahār
Musāfir (ook genoemd Ibn-e-Sabiel) betekent een persoon die op reis is en zijn geld op is geraakt, dan kan hij zelfs zakāt nemen als hij thuis goederen of geld heeft, hij mag echter slechts zoveel nemen aan zijn behoeften kan worden voldaan en niet meer dan nodig omdat dit niet is toegestaan.
Wie heeft voorkeur om zakāt te ontvangen?
Het is beter als je zakāt, sadaqāh, etc. geeft aan uw eigen arme broers en zussen, dan aan hun kinderen, dan aan uw ooms en tantes van vaderszijde en dan aan hun kinderen, dan aan uw ooms en tantes van moederskant en dan aan hun kinderen en dan aan mensen die in uw geboortedorp of stad wonen. Johra, Aalamgiri enz.
In de Hadith Sharīf wordt geciteerd dat Allah Ta’ālā de zakāt niet accepteert als familieleden het nodig hebben en de zakāt wordt aan anderen gegeven.[6] Radd-ul-Muhtar
Het is niet toegestaan om zakāt aan bad-Mazāhib (sekten) te geven, dus mensen die tot een verkeerde sekte behoren. Durr-e-Mukhtar
Op dezelfde manier is het niet toegestaan om zakāt te geven aan die afvalligen zoals Ahmadiya die met de tong beweren moslims te zijn maar de waardigheid van Allāh Ta’ālā en Zijn geliefde Profeet Mohammed ﷺ verlagen of verwerpen en eveneens anderen verplichte overtuigingen van de islam. Bahār etc.
Sadaqāh en fitrah
De Heilige Profeet Mohammed ﷺ heeft verklaard dat het vasten van een dienaar blijft steken tussen de aarde en hemel totdat hij sadaqāh-e-fitrah heeft afgedragen.[7] Delami, Khateeb, Ibn-e-Asaakar
Sadaqāh -e-Fitr is Wājib en de tijd om het te geven is het hele leven, wat betekent dat als u niet hebt gegeven en alsnog ooit geeft zal het niet ongeldig zijn maar tellen als qazā (alsnog achteraf), het zal blijven als ‘adā (voldaan), ook al is het Sunnat om het te geven vóór de Eid Namāz. Durr-e-Mukhtar, enz.
De sadaqāh-e-fitr wordt wājib (onvoorwaardelijk) op Eid-ochtend vanaf het aanbreken van de dageraad, en daarom als een persoon sterft voor het aanbreken van de dageraad op de Eid-dag of een faqir wordt, dan zal de sadaqāh voor hem geen wājib worden. Aalamgiri
Nadat de dageraad is aangebroken op de Eid-dag, en er wordt een kind geboren of een ongelovige wordt een moslim of een faqir wordt rijk dan is de sadaqāh-e-fitr voor hem geen wājib. Aalamgiri
Als een persoon sterft nadat de dageraad is aangebroken, wordt sadaqāh-e-fitr wājib over hem. Aalamgiri
Sadaqāh-e-Fitr is wājib voor alle moslims die vrij zijn (geen slaaf) en de eigenaar zijn van nisāb, hierin is gezond zijn en volwassen zijn geen voorwaarde, noch is het een voorwaarde voor de goederen of het geld om langer dan een jaar in uw bezit te zijn. Durr-e-Mukhtar
Wiens sadaqāh-e-fitr is wājib op wie?
Het is wājib voor een persoon die de eigenaar is van nisāb om sadaqāh-e-fitr voor zichzelf en voor zijn kinderen te geven, zolang de kinderen niet zelf de eigenaar van nisāb zijn, anders zullen zij uit hun middelen moeten gegeven.
Het is wājib op de vader om sadaqāh voor een geestelijk ziek kind te geven, zelfs wanneer zij de volwassenheid bereiken, zolang het kind zelf niet de eigenaar van nisāb is en zo ja, dan is de eigenaar van nisāb, zij zullen de sadaqāh moeten gegeven van uit hun goederen. Durr-Mukhtar, Radd-ul-Muhtar
Hoeveelheid is de sadaqāh-e-fitr?
De hoeveelheid sadaqāh-e-fitr is een halve Sa’a[8] tarwe of het is meel of in plaats daarvan een halve Sa’a van zijn mengsel met gerst, of een Sa’a van dadels of rozijnen of gerst of het is meel of in plaats van deze een Sa’a van zijn mengsel. Hidāyah, Durr-e-Mukhtar, Aalamgiri, enz.
Het is beter om het meel van tarwe of gerst te geven dan de granen en het is veel beter om het in geldwaarde te geven. Tijdens een prijzenoorlog of hongersnood is het echter beter om de goederen dan geld te geven. Als er geld wordt gegeven voor slechte tarwe, subsidieer de rest van het geld met waarde van goede tarwe. Radd-Muhtar
Aan wie moet sadaqāh-e-fitr worden gegeven?
Dezelfde mensen komen in aanmerking voor het geven van sadaqāh-e-fitr als degenen die in aanmerking komen voor het geven van zakāt, behalve voor een Amīl. Een Amīl kan zakāt krijgen, maar niet sadaqāh-e-fitr. Durre-Mukhtar, Radd-ul-Muhtar
Bron: Qanoon-e-Shariat
[1] Bijvoorbeeld u hebt wat geld geleend en de eigenaar zei: “Los komende vijf jaar niets af, maar daarna.” 2 Bijvoorbeeld, uw jaarsluiting is geweest en u moet €500 zakāt afdragen en sluit pas daarna een lening af waardoor u onder de nisāb komt, dan moet de €500 aan zakāt nog steeds afgedragen worden.
[2] Dit betekent dat zakāt nodig is voor een hoeveelheid gelijk aan 620 gram zilver of 88 gram goud of meer als de dezelfde regels die gelden voor goud en zilver, gelden hier ook.
[3] Bijvoorbeeld, op 70 runderen geeft u twee kalveren, één kalf van één jaar oud en één kalf van twee jaar oud.
[4] Bijvoorbeeld, hebt u 10 koeien en 20 buffels, dan is er zakāt plicht. Als u meer koeien heeft dan buffels dan is zakāt een kalf van een koe. Als de hoeveelheid gelijk is,
[5] Bijvoorbeeld, u bezit 470 geiten, dan is zakāt 4 geiten omdat het meerdere van 70 tussen 100 ligt.
[6] Dus moskeeën en onderwijsinstellingen komen pas op het laatst aan de beurt om zakāt te mogen ontvangen.
[7] Dit is in Nederland gesteld op 5 euro’s.
[8] Na veel onderzoek en analyse wordt gesuggereerd dat de prijs op dit moment (dit kan echter stijgen) 5 euro is. Een Sa’a is 2,65 kg gerst, dadels of tarwe voor elke persoon als sadaqāh-e-fitr.