Imān en kufr

Wat is Imān en wat is kufr?
  1. Imān (geloof, overtuiging) is om elk woord van de Profeet Mohammed ﷺ als de absolute waarheid te aanvaarden en van harte te getuigen van de realiteit en waarheid van de Profeet Mohammed ﷺ.
  2. Iemand die het bovenstaande in acht neemt, zou een moslim worden genoemd, dat wil zeggen als een van zijn woorden, daden of voorwaarden Allāh Ta’ālā en Zijn Rasool ﷺ niet verwerpt, beledigt of vervalst.
  3. Als je één aspect verwerpt, waarvan je weet dat daarin geloven deel uitmaakt van de islam, dan is dit kufr (ongeloof). Bijvoorbeeld, het verwerpen van Qiyāmah, Engelen, Jannat, Dozakh, Hisāb, of niet geloven dat Salāh, Saum, Zakāt of Hajj farz (verplicht) is zou iemand uit de plooien van de islam halen en wordt hij kāfir (ongelovige).
  4. Het is ook kufr om niet te geloven dat de Heilige Qur’ān de Woorden van Allāh Ta’ālā zijn.
  5. De Heilige Ka’aba, de Heilige Qur’ān of één van de Profeten of Engelen beledigen is ook kufr.
  6. Door een van de Sunnat te degraderen (acties van de Heilige Profeet Mohammed ﷺ, om grappen te maken over de bevelen van de Shari’ah [islamitische wet] of het verwerpen of zelfs twijfelen dat het niet waar is, of enige bekende en erkende aspecten van de islam is ook zeker kufr.
  7. Om een moslim te zijn moet je samen met geloof ook je status als moslim kenbaar maken.
  8. Men moet zijn geloof verpanden, tenzij er een moeilijkheid is. Bijvoorbeeld, u kunt niet spreken als het zou betekenen dat u uw leven verliest of een deel van het lichaam zou verliezen, dan is het niet nodig om uw geloof met uw tong te erkennen. Het is echter altijd het beste en een middel tot grote beloning om niets tegen de islam in te zeggen, zelfs niet om je leven te redden.
  9. Door handelingen uit te voeren die tekenen van kufr zijn word je herkend als een kāfir. Bijvoorbeeld, het dragen van een “Janeo” (een draad gedragen door hindoes) of het hebben van een haarlok (paardenstaart voor mannen) zoals de boeddhisten, of het dragen van een kruis zijn allemaal acties van kufr.          
Welke aspecten maken van een persoon een moslim?
  1. Voor een persoon om moslim te worden, is het noodzakelijk dat hij of zij de islam als de ware religie erkent en geen van de noodzakelijke islam aspecten verwerpt. Een persoon mag ook geen overtuigingen hebben die tegenstrijdig zijn of tegen de noodzakelijke aspecten van de religie indruisen (Zaruriyāt-e-Dīn).
  2. Een moslim moet al diegenen liefhebben en respecteren die de geliefde zijn van Allāh Ta’ālā en Zijn Profeet Mohammed ﷺ, ook al is die persoon je vijand.
  3. Hij moet al diegenen die Allāh Ta’ālā en Zijn Profeet Mohammed ﷺ niet respecteren en haten, geen contact mee onderhouden, zelfs als die persoon je geliefde zoon is.
  4. Sayyidena RasoolAllāh ﷺ verklaart: “Iemand die Allāh Ta’ālā liefheeft, iedereen haat vanwege Allāh, aalmoezen uitgeeft voor Allāh en zich beheerst voor Allāh, heeft inderdaad zijn Imān voltooid.”
  5. Als de persoon niet de kennis heeft over alle noodzakelijke aspecten van de religie, dus zelfs als hij een complete en volkomen analfabeet is, moet hij geloven in de islam en in de Boodschapper ﷺ van de islam en geen overtuigingen hebben die indruisen tegen de noodzakelijke aspecten van de islam. (Zaruriyāt-e-Dīn)
  6. Als iemand de Kalima (onderwerping aan de islam) niet goed kan uiten, dan is hij nog steeds een moslim en geen kāfir. Daarom, als hij Salāh, Saum, Hadj, etc. mist, zal hij een ernstige zondaar zijn, maar hij zal een moslim blijven. Dit komt omdat daden geen deel uitmaken van het geloof.
  7. Iets wat harām (verboden) is als halāl (toegestaan) aannemen, en iets war halāl is als harām accepteren is kufr.
De waarde van Imān
  1. Zolang een moslim niet houdt van de verheven Profeet ﷺ zal zijn aanbidding van Allāh Ta’ālā vruchteloos en afgewezen zijn, al bidt hij zijn hele leven.
  2. Talloze Yogi’s, monniken en kluizenaren gaan in afzondering en brengen hun leven door in de herinnering aan de Schepper. Sommigen van hen geven zich zelfs over aan de Zikr van “La ilāha illAllāh” (er is geen ander dan Allāh Ta’ālā waar aanbeden te worden), maar ze respecteren en houden niet van RasoolAllāh ﷺ. Welk voordeel heeft dan zo’n Ibādah (aanbidding)? Allāh Ta’ālā openbaart in de Heilige Qur’ān: “Welke daden ze ook hebben verricht, ik heb ze allemaal vernietigd.” (Para 19: Ruku 1)       
De geldigheid van Imān hangt af van twee belangrijke punten
  1. Respect voor RasoolAllāh ﷺ en
  2. Om van hem te houden, boven alle schepping in het universum.

Als iemand op enig moment ook maar het geringste gebrek aan respect toont voor de status van Sayyidena Muhammadur RasoolAllāh ﷺ, dan mag er geen atoomklein liefde en respect voor die persoon in je hart blijven. Deze persoon kan iedereen zijn van wie je houdt en respecteert, bijvoorbeeld je vader, ustaaz (leraar), kinderen, broer, murshid (spirituele leraar), moulvi, moefti, hāfiz, docent, Imām of vrienden, enz. Zo iemand moet volledig worden gescheiden van familie en soenniet gemeenschap. Zijn naam zou je veel ongemak moeten bezorgen. Zijn kennis of status moet absoluut worden afgewezen en verworpen. Als je zijn belediging van RasoolAllāh ﷺ accepteerde of in acht nam, goede vriendschap met hem onderhield, hem niet als een gemeen persoon zag, moet je controleren waar je staat in de status van Imān!          

Standvastigheid in geloof
  1. Verlossing hangt af van het feit dat elk geloof van de Ahle Sunnah wa al-Jamā’ah zo standvastig is dat men standvastig zal blijven, zelfs als de hemel en de aarde verdwijnen.
  2. Men moet te allen tijde grote angst hebben voor zijn geloof. De ulema van de Islam zeggen: “Iemand die niet vreest dat zijn Imān weggenomen kan worden, zou ontdaan worden van zijn Imān op het moment van de dood.”
  3. Sayyidena Umar Farooq (radi Allāhu anhu) zei: “Als een stem uit de lucht roept dat alle mensen van de aarde op één na vergeven zijn, zou ik vrezen dat ik degene zou zijn, en als de stem roept dat alle mensen op aarde bewoners van de hel zijn, op één na, zal ik hopen dat ik degene ben.” De status van “khauf” (angst) en “raja” (hoop) moet een evenwicht hebben zoals weergegeven door Sayyidena Umar Farooq (radi Allāhu anhu).          
Wat is shirk (polytheïsme)?
  1. Shirk (polytheïsme) is om in iemand anders als de Heer te geloven behalve Allāh Ta’ālā of om in iemand anders te geloven die waard is om aanbeden te worden behalve Allāh Ta’ālā. Dit is het ergste type kufr.
  2. Met uitzondering van kufr zijn alle andere zonden naar de Wil van Allāh Ta’ālā. Wat Hij ook wil, Hij zal vergeven.
  3. Een moslim wordt geen kāfir als hij een grote zonde begaat, hij blijft moslim. Als hij sterft zonder tauba (berouw te tonen), zal hij nog steeds Jannah verkrijgen, of het nu na het ondergaan van zijn straf is of het verkrijgen van vergeving. Deze vergeving kan worden verkregen op de Genade van Allāh Ta’ālā Wil of op voorspraak van de Heilige Profeet ﷺ.
De orde van iemand die om vergeving vraagt voor een ongelovige

Wie een du’ā (smeekbede) van vergeving verricht voor een dode kāfir, of een kāfir noemt als iemand die vergeven is of een Jannati, of als iemand een dode hindoe een “Bekanth Baashi” (Jannati) noemt, is zelf kāfir geworden.

Bron: Noore Madinah


Translate »
error: Content is protected !!