De Tablighi Jamaat

Inleiding

Deze bid ’at groep werd opgericht in India in 1360 [1941 n. Chr.] door een man zonder mazhab genaamd Mawdudi. In het boek ash-Shakikan, gedrukt in 1988, zijn er artikelen van hem die Humaini lofprijzing. De groep met de naam al-Jamaat ut- Tablighiyya werd opgericht door Mohammed Ilyas Delhwi in 1345 [1926 n. Chr.]. Deze man stierf in 1363 [1944 n. Chr.]. Zijn zoon Mohammed Yusuf, die hem opvolgde, prees op een sluwe manier de Sahāba in zijn Arabische boek getiteld Hayat-us-Sahāba zeer veel; dus kon hij op deze sluwe manier moslimjongeren misleiden. Yusuf stierf in 1394 [1974 n. Chr.].

Degenen die van de weg van de Ahle Sunnat zijn afgeweken presenteren zichzelf als moslims door de bovengenoemde namen als camouflage. Ze proberen vurig om de ongelovigen de islam te leren door te zeggen dat de islam de ware religie, en het is de enige weg naar geluk. Sommige mensen die naar hen luisteren en de realiteit begrijpen bekeren zich tot de islam. Echter, ze trekken hen, de pechvogels, op hun ketterse manier naar zich toe. De natuurkundige Abdussalam, die de Nobelprijs kreeg, is een Qadiyani. Ahmad Deedad die met christenen in Zuid-Afrika betoogde en ze in 1980 naar de islam trok is geen man van de Ahle Sunnat. Deze la-mazhabi voorkomen dat de mensen die onlangs moslims zijn geworden de weg van de Ahle Sunnat betreden voor het bereiken van de eindeloze gelukzaligheid.

De Tablighi Jamaat

Er is een groep mensen onder de naam Jamaat Tablighi die een bezoek aan de islamitische landen hebben gebracht om te prediken en de moslims te adviseren. Ze verlieten en verlaten nog steeds India en Pakistan in bendes van 3-5 personen en gaan over de hele wereld. Ze zeggen dat ze proberen om de islam te verspreiden. Ze beweren op het pad te zijn van de Sahāba. Sommigen zeggen ook dat zij de Hanafi mazhab volgen en bewonderen Ibn Taymiyya. Hoewel ze zeer nuttig en rechtvaardig spreken en om het feit dat ze nooit de namen en woorden van de islamitische geleerden vermelden of noemen, doen zij zich voor kennis van de Ahle Sunnat te bezitten en wekken argwaan en verdriet. In geschrifte van sommige religieuze autoriteiten in India en Pakistan staat over hen: “Zij zijn ketters, ze noemen zichzelf Jamaat Tablighi. Hun centrum is in Delhi (met grote vestigingen in Karachi en Lahore in Pakistan). Waar ze ook heen gaan, ze leggen veel nadruk op het verrichten van namāz. Ze geven nuttige en noodzakelijk religieuze informatie. Ze noemen deze activiteiten van hen ‘kaste’ in het Urdu taal.”

De Ahle Sunnat geleerden schreven vele boeken om de Tablighi groep te weerleggen om ketterspraktijk te onthullen. Hazrat Maulana ‘Abdul Aleem Siddiqui (radi Allāhu anhu) schreef dat de leraren van Ilyas een poging waagden om de islam van binnenuit te beschadigen. Dit is ook in detail geschreven in de boeken al-Mustanad, Usool al-Arba’a fi Tardid al-Wahhābiyyah, ad-Dawlat al-Makkiyya en Hediyyat-ul-Mehdiyyin, die in Istanbul in 1395 (1975 n. Chr.) is gepubliceerd.

Mohammed Yusuf werd opgevolgd door zijn zoon Shaikh In’ām al-Hasan die de hadīth docent was aan Mazāhir-e-Uloom madrassa in Saharanpur, India. Abu ‘l-Hasan Ali Nadwi, de directeur van Nadwat Ulema’ [opgericht in Lucknow, India in 1310 (1891 n. Chr.)], prijst al-Imam ar-Rabbāni Ahmad Sirhindi en zijn diensten in zijn boek ad-Dā’wat al-Islamiyya [Lucknow, 1395 (1975 n. Chr.)], maar voegt zijn lof toe voor Ismail Delhwi (vermoord in 1246), Nazir Hussain Delhwi (d. 1320), de madrassa in De0band werd opgericht door Mohammed Qāsim Nanautavi [d. 1317 (1899 n. Chr.)], een van de Khulafa van Imdād Ullah in 1288 (1871 n. Chr.), Ashraf Ali Tahanawi (d. 1362), de Tablighi groep en haar oprichter Mohammed Ilyas.

Hazrat Sayyed Ahmad Makki Beg die het boek Taqwim al-Bayān heeft gelezen, een Perzische vertaling van Ismail Dehlwi’s Taqwiyat al-Iman [Pakistan, 1396 (1976 n. Chr.)] zegt tot de conclusie te komen dat Ismail niet alleen een pure onbenul is, maar ook een niet-mazhabi idioot die streeft naar rechts censureren door het met de verkeerde te legeren. Moge Allāhu Ta’ālā de moslims beschermen tegen het lezen en geloven zoals de ketterse geschriften en de ketters uit elkaar laten vallen in eindeloze ellende! Amien!

De beweging Tablighi Jamaat wordt door de vijanden van de islam benut als een effectief instrument in hun strijd om de ware islam in Europa en elders in de wereld niet te laten groeien. Daarom is het voor iedere soenniet moslim een taak om de Tablighi Jamaat overal te weren en hun activiteiten te boycotten. De Britten zijn voortdurend op zoek naar mogelijkheden om te infiltreren en daardoor de islam te ondermijnen. Zij houdt middels haar spioneerwerk een oog op iedere nieuwe moslim groepering en beweging. De Tablighi Jamaat was onder Britse heerschappij in India opgezet. Net als de Ahmadiya beweging van Mirza Ghulām Qadiyani. Nadat zij de Tablighi Jamaat voor enige tijd van dichtbij hadden geobserveerd, realiseerden de Britten zich, dat zij datgene hadden geobserveerd waarnaar zij op zoek waren, namelijk een beweging die volledig alle energie van de eigen leden absorbeerde en nog geen gevaar was voor de dominerende Britten. Verder waren de Britten ervan bewust geworden dat Jihad niet binnen deze beweging voorkwam. Zij zagen in, dat de Jamaat’s zich niet keerde tot kāfir (ongelovige) vijanden, maar juist tegen de rest van de moslims.

Hun handelsmerk van ware islam

Het boek dat de meeste aanhangers van de Tablighi Jamaat bij zich dragen is voor hen even belangrijk als de studie van de Heilige Qur’ān. Dit boek heet “Teachings of Islam.” In “Teachings of Islam” schrijft de Tablighi Jamaat dat er geen weg is om respect te verdienen, plezier te hebben, vrede te sluiten en rust in het leven te hebben dan het adopteren en zich houden aan de leerstelling van de Tablighi (“NO WAY to gain honour, happiness, peace and tranquillity in this life OTHER THAN to adopt and firmly hold on at his work and system of Tablighi.”) Deze verklaring laat zien dat de Tablighi Jamaat een exclusieve sekte van de islam wil worden en blijven, die andere moslims uitsluit die hun definitie van de islam niet volgen; een definitie die volkomen helder de moslim weerhoudt van wat Allāh Ta’ālā in de Heilige Qur’ān heeft geopenbaard. U kunt alleen al met deze verklaring van de Tablighi Jamaat concluderen, dat in hun ogen alle andere moslims misleid zijn. Als iemand hun vijf puntenplan leest, dan merkt hij op dat de auteur van het boek “Teachings of Islam” schrijft dat het in praktijk brengen van zijn vijf punten automatisch zekerheid geeft aan de groei van islam in de juiste vorm.Hij claimt, dat dit de profetische methode is en gevolgd werd door degenen voorheen en vroegere moslims. Als u zich verder in het boek verdiept, dan leest u dat dit vijf puntenplan volkomen de vijanden van de islam tegemoet komt, omdat nergens ongerief tegen de Kāfir regering is geuit. Wat een verschil is dit, met de goede handelingen van de Heilige Profeet Mohammed ﷺ!

Vanaf de eerste dag dat de Heilige Profeet ﷺ zijn Profeet Mohammed ﷺ ambt publiekelijk openbaarde zijn de mensen die hem voorheen hoog respecteerden vijandig tegenover hem geworden. Wanneer een boodschap van de islam als waarheid verteld werd, raakte het de wortels van ieder ander systeem waarmee het in contact kwam. Hoe verschillend is deze zaak met de Tablighi Jamaat?

De Britse uitgave “The Economist”, het huisblad van de Kuffār prijst in haar artikel “The Other Side of Islam” de Tablighi Jamaat door te schrijven “zo lang zulke bewegingen bestaan en miljoenen moslims aantrekt, zal de essentiële islam blijven voortbestaan.” Zelfs de Kāfir autoriteiten verwelkomen positief wat zich binnen de beweging afspeelt, omdat zij weten dat de Tablighi Jamaat hun werk doet.

Hun handelsmerk van zogenaamde ware islam concentreert zich alleen rondom Itjma, Ghust, Chilla en Kitāb lezen. Voor de Tablighi Jamaat zijn activiteiten als Moulood, Urs viering, Iesāle Sawāb, voordrachten van Salām, bezoeken van Mazār van Awliya Allāh, etc. allemaal Shirk en bid’ah.

Tablighi Jamaat’s rol in niet-islamitische landen

De duizenden aanhangers van de Tablighi Jamaat benutten hun energie exclusief tegenover de andere moslims en verlaten de Kāfir machten om hun goddeloze exploitatie onbelemmerd te vervolgen. Zij hebben Jihad als volgt gedefinieerd: “spreiding van de Kalma van Allāh en volbrengen van Allāh’s Geboden” (Teachings of Islam). In hetzelfde boek onder hoofdstuk “Algemene Principes” wordt het volgende punt gemaakt: “over geen enkele omstreden zaak of punten van bijkomstige belangrijkheid zal gediscussieerd worden …. en beperk alle preek tot de punten van Tablighi.” Dus een programma, van herkomst bedacht, om ervoor te zorgen dat de Tablighi Jamaat niet in conflict zou raken met de Britse autoriteiten in India is nu uitgeweid in alle aspecten van de Kuffār overheersing in de wereld. Het is aan de aanhangers van de Tablighi Jamaat zijn zelfs verboden om vragen daarover te stellen. Geen wonder dat de vijanden van de islam opgetogen zijn.

Dit is de reden waarom de Tablighi Jamaat zich onbelemmerd mag bewegen in de Kuffār landen van Europa en de rest van de wereld, terwijl andere moslims dagelijks gevangen genomen, gemarteld, en gedood worden. In Israël, onder Zionist toezicht, is het de Tablighi Jamaat toegestaan onbelemmerd zich te begeven naar ieder deel van het land om “Allāh’s Werk” te doen, terwijl Palestijnse mannen, vrouwen en kinderen die tegen de Zionisten heerschappij zijn worden gemarteld en vermoord.

Het is ook geen verrassing, dat onder de Apartheid regime in Zuid Afrika en onder de gruwelijke “State of Emergency” waarin samenscholing aan banden was gelegd en voorzichtig gemonitord door de politie, de IJtsma’s duizenden volgelingen bij elkaar kwamen waartegen geen enkele politie optrad jegens de samenkomst. Het is klaarblijkelijk.

Met dit soort islam die zij portretteren en hun verwerping van Jihad in alle vormen hebben de Kuffār politici deze Jamaat niet eens onderzocht, zelfs niet als gevaar gezien. Geen enkel woord was gericht tegen de leiders van Jamaat’s gedurende de Apartheid regime. Hun beleidsregel in de wijde wereld is: “veroordeel geen Kuffār en de Kuffār overheid!”

Tablighi Jamaat’s rol onder marionetten moslim overheden

De Tablighi Jamaat heeft ook gefloreerd onder de marionetten en corrupte regeringen van moslim landen die hun land besturen met salarisontvangst van de kuffār (Israël, Amerika, Engeland, Frankrijk, enzovoorts). Duizenden brave en nederige moslims bidden in hun moskeeën om onder een system tevreden te leven welk de islam bestrijdt en welk openlijk zich toewijdt aan de onderdrukking van de ware islam.

Enkele van hun makruh praktijken
Eten en slapen in moskeeën

Onuitgenodigd bezetten zij dagenlang de lokale moskeeën, slapen en eten daarin en voeren hun programma op indrukwekkende wijze uit.

Rekrutering van handlangers

Zij veroorzaken ook groot offensief tegenover de soenniet moslims door hun gebeden in de moskeeën te ontwrichten. Zij verkondigen onmiddellijk na de Farz (verplicht) namāz (gebed) hun wervingsacties voor handlangers. Als gevolg, dat op deze wijze Tablighi Jamaat de moslims met stevige soenniet aqīda van de moskee laten wegblijven. Zij moedigen aan en dwingen arme onbewuste soenniet moslims hun gezinnen, familie en werkplaatsen te verlaten voor 3, 10, 20, 40 dagen of langer en vertrekken voor ghast (hersenspoeling), terwijl zijzelf behoren tot de opperste klasse van de Tablighi Jamaat en overmatig rijkdom hebben om een zeer comfortabel leven te leiden. Wij horen vaak dat hun vrouwen, uiteraard nadat zij zijn gehersenspoeld door hun echtgenoot, zeggen: “Allāh zal ons Jannat schenken, omdat wij onze mannen niet belemmeren en op het pad van Allāh Ta’ālā laten lopen.”

Zij beschouwen alle andere als minderwaardige moslims

De Tablighi Jamaati behandelen hen nooit in de Jamaat als minderwaardige wezens die op zoek zijn naar leiding. Zij herhalen vaak dezelfde taqriers (toespraken) ongeacht de mensen die zij voor zich hebben. Veel van hun activiteiten zijn gebaseerd op het hebben van een slechte mening over soenniet moslims, sommige dingen in feite verboden door Allāh Ta’ālā en volledig tegendraads aan de Boodschapper ﷺ, die zoals wij weten weigerde te luisteren naar iets dat hem een slechte opinie over moslims gaf.

In “Teachings of Islam” veroordelen zij alle moslims als alleen omgaan met ontucht en zonde. Bovendien, 99,9% van hun volgelingen in Zuid Afrika behoren tot de Gujerati gemeenschap en kijken neer op de andere etnische groeperingen.

Negeren om de boodschap van de islam door te geven aan de Kuffār

Zij richten hun boodschap uitsluitend aan de soenniet moslims, de vaste meerderheid die meer kennis heeft dan zijzelf, negeren de Kāfir populatie onder wie zij zich vertoeven en aan wie zij eigenlijk hun boodschap moeten richten.

Allāh’s Woorden (Qur’ān verzen) zijn frequent en soms specifiek gericht aan de Kuffār. De inspanningen van de Heilige Profeet ﷺ en de Sahāba (radiya ‘Allāhu ‘anhum ajma’in)waren altijd toegewijd de islam aan hen (kuffār) te richten. Zelfs toen Tablighi Jamaat de Afrikaanse steden bezochten was hun enige doel om de Afrikanen die zich al bekeerd hadden tot de islam te hersenspoelen voor hun eigen Tablighi beweging (handelsmerk). In feite hebben zij niets van de islam boodschap aan de niet-moslims van die steden verkondigd.

Groot aantal dat de Itjma bezochten

Als de leiders van Tablighi Jamaat oprecht zijn, laat hen dan hun eerstvolgende jaarbijeenkomst organiseren op de East bank van Jordanië en laat ze de rivier marcherend oversteken naar al-Quds én het bevrijden uit handen van de joden/zionisten. Laten zij hun Itjma dicht bij de Babri Masjid in India organiseren en tegenwicht geven aan de macht van de hindoe extremisten en dus de moskee terugnemen. Laten zij hun Itjma dicht bij het Shia’ centrum in Ottawa organiseren en het centrum overnemen ter bescherming van de ware soenniet gelovigen. Zij zullen het beslist niet doen! De Tablighi Jamaat is alleen geïnteresseerd in uitbreiding van hun groepsaantal en het verspillen van energie van duizenden moslims.

Toen de Tablighi Jamaat gevraagd werd over hun complete onverschilligheid aan de dominantie van de Kuffār, zeiden zij: “Wij zijn nog niet sterk genoeg om iets te doen.” Vooralsnog,zij hebben grootspraak over het grote aantal, dat hun IJtsma’s bezoeken.

Allāh Ta’ālā openbaart in de Heilige Qur’ān: “O profeet, spoor de gelovigen aan om te vechten. Als er twintig onder u zijn die stand houden, zullen zij tweehonderd overwinnen en als er honderd uwer zijn zullen zij duizend der ongelovigen verslaan, omdat zij een volk zijn dat niet wil begrijpen.” Soera al-Anfāl (de oorlogsbuit) hoofdstuk 8, vers 65

Het Tablighi Jamaat’s gebrek kan dus niet beschouwd worden als een legitiem excuus. En, spreken over massa nikāh (huwelijksvoltrekkingen) die in deze Itjma plaatsvinden, wat in feite een ontmoeting is van de rijke bovenklasse, de bruidegoms kruipen onmiddellijk in sommige moskeeën binnen om veertig dagen lang daar te slapen. Na deze veertig dagen worden zij zogenaamd ‘spiritueel verlicht’ en elk van de bruidegom wordt vervolgens gekwalificeerd als Molvi!

Onbeantwoorde vragen

De Tablighi Jamaat claimt, dat het een Sunnah van de Heilige Profeet ﷺ en de Sahāba is en aan de andere kant zeggen zij dat Molvi Ilyas de oprichter is van de beweging. De volgende retorische vragen zijn aan Tablighi Jamaat gesteld:

  • Als dit in werkelijkheid een Soenna is van de Heilige Profeet ﷺ, zoals wordt beweerd, dan dient het bewezen te worden met authentieke islamitische boeken die de Heilige Profeet ﷺ en zijn Sahāba ook gebruikten om Jamaats te vormen, ghast, Tablighi van kalimah en namāz onder moslims te doen.
    • Waarom is deze Sunnah genegeerd gedurende 1419 jaar? Moeten wij de afgelopen spirituele sterren classificeren als anti-Sunnah?
    • Als dit de Sunnah praktijk is, dan kan Molvi Ilyas onmogelijk de oprichter zijn. Doch, als hij de oprichter is, dan zal beslist dit soort Tablighi niet vóór hem bestaan hebben. Het is een Bid’ah!

Het is een religieuze plicht van de aanhangers van Tablighi Jamaat om de positie van hun Tablighi werk te verhelderen en de moslimgemeenschap inzicht te geven. De antwoorden zijn duidelijk. Dit is een nieuwe beweging opgericht door Molvi Ilyas en zeer zeker géén Soenna.

De aqīda van Tablighi Jamaat

Voor een goede en stevige Imān (geloofsovertuiging) dient u een correcte aqīda (leerstelling) te hebben. Daarom hebben wij enkele niet-islamitische geloofsartikelen van de leiders van Tablighi Jamaat gememoreerd met de correcte islamitische antwoorden. De huidige Molvi en volgelingen van de Tablighi Jamaat weigeren in te zien wie de personen van zulk slechte geloofsartikelen waren en daardoor afstand te nemen van zulke valse geloofsartikelen. De niet-islamitische geloofsartikelen welke wij hebben opgesomd van degene die zulke geloofsartikelen naleven zijn:

Vals geloofsartikel 1: “Allāh kan liegen”. Barahin-e-Qātia van Khalil Ambetwi, Yakrozi van Ismail Delhwi, Fatāwa Rashiedia van Rashied Ahmed Gangohi.

Verweer: liegen is een tekortkoming welke niet in de Zaat (eigenschap) van Allāh Ta’ālā voorkomt en is volkomen muhāl (onmogelijk) voor Allāh. Allāh is vrij van alle vormen van tekortkomingen en mankementen. Dus dit maakt liegen muhāl voor Allāh Ta’ālā.

Vals geloofsartikel 2: “De Profeet (ﷺ) is dood gegaan en in aarde vermengd.”Taqwieyat-ul-Imān van Ismail Delhwi.

Verweer: in de Hadith staat: “Zeer zeker, Allāh Ta’ālā heeft de aarde harām (verboden) gemaakt om de lichamen van profeten aan te tasten”. Er staat ook geschreven, dat de profeten in leven zijn (in hun graftombe) en gezegend met levensonderhoud van Allāh Ta’ālā

Vals geloofsartikel 3: “Iedere schepping, doet er niet toe hoe groot of klein, is gelijkwaardig aan een schoenlapper voor Allāh.”Taqwieyat-ul-Imān van Ismail Delhwi.

Verweer: de Heilige Profeet ﷺ is de meest dierbare Profeet van Allāh Ta’ālā. Allāh heeft Qasm (gezworen) zelfs op de stad van de Heilige Profeet ﷺ. Hij is de bijzonderste schepping van Allāh Ta’ālā. Ieder woord van de Heilige Profeet ﷺ wordt in het Hof van Allāh geaccepteerd. Hij is voortreffelijk in de eigenschappen van Allāh Ta’ālā én Allāh heeft na Sayyidena Rasūlullāh ﷺ niets meer geschapen die hoger in aanzien is dan de Profeet zelf.

Vals geloofsartikel 4: “Denken aan een os of ezel in namāz is toegestaan, maar denken aan de Profeet (ﷺ) in namāz is Shirk (polytheïsme).”Sirat-e-Mustaqim van Ismail Delhwi.

Verweer: voor een moslim die ibādah (bidden) accepteert als een nobele activiteit van Rasūlullāh ﷺ is het meest zinvolle van ibādah. Als iemand namāz verricht en denkt dat dit een Sunnah van de Heilige Profeet ﷺ is, zal hij ongetwijfeld denken aan de Heilige Profeet ﷺ. Dit geloof creëert in de hersenen van de aanbidder van Allāh Ta’ālā de gedachte aan de Heilige Profeet ﷺ. Niet alleen is de gedachte van de Profeet ﷺ in namāz toegestaan, het is eveneens de wens van Shari’ah, dat u de Heilige Profeet ﷺ dient te gedenken ten tijde van Tashahhud (de zithouding op de grond in namāz). Conform de Fuqaha (Shari’ah juristen) is het wājib (bijna verplicht) te geloven dat de Heilige Profeet ﷺ u observeert en dat hij waakzaam is over uw activiteiten.

Vals geloofsartikel 5: “Ieder persoon die zegt dat Nabi Hāzir en Nāzir is, is een Kāfir.” Jawāhir-ul-Qur’ān van Ghulāmullah Khan.

Verweer: zolang en totdat wij niet accepteren dat Rasūlullāh ﷺ Hāzir en Nāzir is, is het concept van Risālah niet volmaakt. Onze Heilige Profeet ﷺ is shahīd, mubāshir en nāzir.

Vals geloofsartikel 6: “Het vieren van Milād lijkt op viering van hindoe godheid.” Baharin-e-Qātia van Khalil Ambethwi.

Verweer: milād is een middel om zegen te verkrijgen en dichterbij Allāh Ta’ālā te komen. Het is de praktijk van alle vooraanstaande voorgangers. Veel bronnen van Shari’ah zijn beschikbaar om de authenticiteit te bewijzen. In feite, Rasūlullāh ﷺ vastte op maandag, omdat hij op maandag was geboren.

Vals geloofsartikel 7: “Als Allāh wil, dan mag Hij miljoen Mohammeds creëren.” Taqweeyatul Imān. “Een profeet kan zelfs na Mohammed (ﷺ) komen. Tahzeerun Nās

Verweer: de deuren van Profeet ambt zijn verzegeld. Heilige Profeet Mohammed ﷺ is de Zegel der Profeten. De profeet zei ook dat na hem geen profeten meer zullen komen. Ieder persoon die beweert dat Nabuwat na de Heilige Profeet ﷺ kan is een kazzāb (leugenaar), Dajjāl en Shaytān.

Vals geloofsartikel 8: “Rahmatullil Alamin” (Genade der Werelden) is niet een speciale titel van de Profeet (ﷺ), maar de Ummati (volgelingen) zijn ook “Rahmatullil ‘Alamien”.Fatāwa Rasheedia

Verweer: “Rahmatullil Alamien” is de unieke eigenschap van Rasūlullāh ﷺ zoals het in de Heilige Qur’ān staat.

Bevindingen

Het geloven in de boven aangehaalde valse geloofsartikelen van de Tablighi Jamaat maakt van een gelovige een hypocriet en die persoon bevindt zich dan in het gebied van Shia, Rafizi, Khaarijite, Qadiyani, Ahmadiya, Mirzai, Ghulāmiyya, Lahorie, Ghair-Muqallid (Ahle Hadith), Tablighi, Deobandi, Wahhābi, Maudoodi, Ahle Qur’ān (mensen van de Qur’ān die hadīth en Sunnah niet accepteren), etc. die allen volkomen buiten de islam zijn gestationeerd. Iemand die valselijk beweert de echte Mahdi te zijn is gedwaald en is een fāsiq. Iemand die zegt, dat Allāh Ta’ālā kan liegen, dat de Heilige Profeet ﷺ kennis heeft dat gelijk is aan dieren, dat de Heilige Profeet Mohammed ﷺ niet de Laatste Boodschapper is, dat het vervloeken van de Sahāba niemand een criminele maakt, dat de Profeet’s kennis minder is dan van Shaytān, etc. is een kāfir (ongelovige). Wij dienen geen namāz achter de bovengenoemde groepen en mensen die de boven aangehaalde uitspraken doen te verrichten. Ook dient een ware moslim die liefde heeft voor de Allāh Ta’ālā, de Heilige Profeet ﷺ en zijn gezin, de Sahāba (radi Allāhu anhum) en Awliya Allāh Rahmatullāhi alai niet met mensen uit de bovengenoemde sekten en bewegingen om te gaan. Het toch relaties onderhouden met hen is schadelijk voor onze (soenniet) Imān.

Conclusie

De leden en aanhangers van Tablighi Jamaat zijn extreem onpopulair geworden bij de vele moslimgemeenschappen in de wijde wereld en zelfs in Zuid Afrika. Edoch, zij beginnen weer getolereerd te worden door velen. In feite, wat zij doen conform de methode van christelijke evangelisten, is het spelen met schuldgevoelens van die onzekere mensen, hen een emotionele woonomgeving aanbieden waarin zij tot zichzelf kunnen komen én anderen ontmoeten die hetzelfde plachten te doen. Zulke bekeringen zijn voortdurend heel oppervlakkig en soms zelf gevaarlijk voor de betrokken mensen. Bovenstaand omvattende kan afgeleid worden dat de aanhangers van Tablighi Jamaat kuffār (ongelovigen) zijn. Zij zijn net als de Deobandi en tegenwoordige salafisten een aftakking van Wahhābisme die opgericht is door Abdul Wahhāb Najdi.

De hooggeleerde Oelema Ahle Sunnat komen tot besluit

Wij verklaren dat de Tablighi Jamaat, door eigen toedoen een afwijkende sekte van de islam is (nieuwe firqa) en dat deze sekte door de vijanden van de islam wordt misbruikt om hen te helpen voortdurend te strijden tegen corporate governance (goed bestuur) conform de Wetten van Allāh Ta’ālā, zodat de islamitische wetten niet in de wereld wederom worden ingevoerd.

Wij roepen daarom het leiderschap van Tablighi Jamaat op om te erkennen, dat zij direct verantwoordelijk zijn voor de misleiding van miljoenen moslims en om hun actuele programma te ontbinden welk alleen de interesse van de vijanden van Allāh Ta’ālā heeft.

Wij roepen daarom alle aanhangers van Tablighi Jamaat op om de ongewilde rol die zij toebedeeld hebben gekregen van deze sekte te verwerpen en terug te keren op de Dien (godsdienst) van Allāh Ta’ālā.

Wij roepen daarom alle soenniet moslims op om de Tablighi Jamaat te ontkennen en hun activiteiten te boycotten door weigering hun aanhangers toestemming te geven in moskeeën te slapen en hun activiteiten daar te ontplooien. En wij roepen eveneens alle soenniet moslims op om de ‘moderne perspectief van de islam’ te verwerpen welk zij aan Allāh Ta’ālā en Zijn Boodschapper ﷺ toeschrijven.


Translate »
error: Content is protected !!