Werelds grootste Qur’ān

De stad Baroda in de Staat van Gujarat is de thuisbasis van de grootste Qur’ān op aarde. Zo rapporteert Tanvir Siddiqui in the Indian Express. De lengte is zes voet en drie inch lange en de breedte is drie en een halve voet. Deze Heilige Qur’ān is in de Jami Masjid in Mandvi. Het bestaat uit 15 delen en elk deel bestaat uit 80 pagina’s met een gewicht van 100 kg elk. Er zijn 1200 pagina’s van het Boek met een totaal gewicht van 1500 kg. Elke bladzijde van het Boek is weefsel gelinieerd om te verzekeren dat het intact blijft. Dit Boek is in een enorme trommel opgeslagen. Vier personen zijn nodig om een deel te dragen terwijl drie mensen nodig zijn om het te reciteren (een om te reciteren en twee om de bladzijden om te slaan). Dit meer dan 200 jaar oude exemplaar was geschreven door kalligraaf Mohammed Ghause, die met het schrijven begon op 15-jarige leeftijd en op zijn 45ste jaar afrondde. Het exemplaar wordt twee keer per jaar gereciteerd, namelijk in de nacht van Shab-e-Mirāj en in de nacht van Shab-e-Barā’at.

De glorieuze Qur’ān is het Woord van Allah Ta’ālā (Almachtige) welk was geopenbaard op de Heilige Profeet Mohammed ﷺ. De Heilige Qur’ān is het meest Verheven Boek der Boeken die door Allah Ta’ālā geopenbaard is en een gids voor de hele mensheid. De Heilige Profeet Mohammed ﷺ onderwees de Heilige Qur’ān aan meer dan 100.000 Sahāba-e-Kirām (metgezellen die de Heilige Profeet hebben gezien). Van dit aantal waren ongeveer 10.000 Sahāba-e-Kirām Hāfiz (uit het hoofd kennen) van de Glorieuze Heilige Qur’ān. Er is geen ruimte voor twijfel mogelijk in de Heilige Qur’ān en niemand kan zelfs een Surah (hoofdstuk) schrijven dat gelijkwaardig is aan een Surah van de Heilige Qur’ān. Het is essentieel om Iman (geloof) te hebben in ieder woord in de Heilige Qur’ān. Zelfs één woord van de Heilige Qur’ān negeren is kufr (ongeloof).

De Heilige Qur’ān mag niet aangeraakt worden zonder ghusl (bad) en woezoe (kleine rituele bewassing). Het reciteren van de Heilige Qur’ān is een bijzondere daad van ibādah (gebedsdienst) en met liefde kijken en aanraken van de Heilige Qur’ān is een teken voor veel zegen en beloning. Het is niet toegestaan de Heilige Qur’ān uit het hoofd te reciteren wanneer u niet in staat van reinheid verkeerd. Het reciteren van Ta’wuz (A’uzubillah …….) is wājib (vrijwel verplicht) voordat begonnen wordt met de recitatie van de Heilige Qur’ān en het reciteren van de Tasmiyyah (Bismillāh …..) is Sunnah (Traditie) en Mustahab (gewenst). Het reciteren van de Heilige Qur’ān met luide stem in een grote menigte is niet toegestaan. De Heilige Qur’ān dient zacht gereciteerd te worden in een menigte waar meerdere mensen de Heilige Qur’ān reciteren.

Wanneer de Heilige Qur’ān luid op gereciteerd wordt, is het Farz (verplicht) voor alle aanwezigen om aandachtig te luisteren. Het is een enorm voorrecht om een Hāfiz van de Heilige Qur’ān te zijn en een waardige daad van enorme zegen, maar wanneer u de Heilige Qur’ān vergeet dan is dat een enorme zonde.

Wanneer een pagina van de Heilige Qur’ān scheurt of oud wordt, dan dient het gewikkeld te worden in een stuk schoon materiaal (wikkelpapier of iets dergelijk) en begraven te worden in een klein gat. Als de Heilige Qur’ān uit uw handen valt moet het snel opgeraapt en gekust te worden. U dient dan voor deze onzorgvuldigheid meel, gelijk aan het gewicht van de Heilige Qur’ān, als khayrāt (gift) te geven.

Het is wājib de Heilige Qur’ān te respecteren en eren. U mag niet met uw voeten of rug in richting van de Heilige Qur’ān te zitten. Ook mag niet hoger gezeten worden dan de lighoogte van de Heilige Qur’ān, omdat het oneerbiedig is. Wanneer u geconfronteerd wordt met een probleem, richt u dan tot de Heilige Qur’ān. Al uw problemen zullen dan met grote snelheid opgelost worden. Reciteer de Heilige Qur’ān en onderwijs het. Dit is de ware lering van Islam.

Enkele bijzonderheden

  1. Heilige Qur’ān is universeel en het meest Verheven Boek.
  2. Heilige Qur’ān is een weelde van leiding.
  3. Heilige Qur’ān is een begrenzing.
  4. Heilige Qur’ān is een zee van chemie.
  5. Heilige Qur’ān is het meest Verheven van alle Goddelijke Boeken.
  6. Heilige Qur’ān is de wetgeving van Allah Ta’ālā.
  7. Heilige Qur’ān is een boodschap van leiding en genade.
  8. Heilige Qur’ān is het enige Boek dat vrij van twijfel is.
  9. Heilige Qur’ān is het enige Boek vrij van fouten.
  10. Heilige Qur’ān is in helder Arabische taal geschreven.
  11. Heilige Qur’ān is geen poëzie, maar wijsheid.
  12. Heilige Qur’ān is verlichting en voldoening.
  13. Heilige Qur’ān is Gezegend en Glorieus.
  14. Heilige Qur’ān legt alles helder uit.
  15. Heilige Qur’ān is compleet en omvattend.
  16. Heilige Qur’ān is een Reine Boek.
  17. Heilige Qur’ān is een Openbaring van Allah Ta’ālā.
  18. Heilige Qur’ān is Openbaring op de Heilige Profeet ﷺ.
  19. Heilige Qur’ān is Genezing en Levensonderhoud.
  20. Heilige Qur’ān is advies aan de onvoorzichtige.
  21. Heilige Qur’ān is geen verhaal, maar het Woord van Allah Ta’ālā. 
  22. Heilige Qur’ān is een Boek van feiten. 
  23. Heilige Qur’ān is simpel en plezierig.
  24. Heilige Qur’ān is de overheerser van alle Arabische Boeken.
  25. Heilige Qur’ān is het meest betrouwbare Boek van alle boeken.
  26. Heilige Qur’ān is het Boek der Boeken.
  27. Heilige Qur’ān is Glorieus en Prijzenswaardig.
  28. Heilige Qur’ān is vol van Genade en Wijsheid.
  29. Heilige Qur’ān is Verheerlijkt en Royaal.
  30. Heilige Qur’ān is de ziel.
  31. Heilige Qur’ān kan niet vernietigd worden.
  32. Allah Ta’ālā heeft beloofd de Heilige Qur’ān te beschermen.
  33. Heilige Qur’ān kan uit het hoofd geleerd worden door zowel jong als oud.
  34. Heilige Qur’ān is een Boek dat herhaaldelijk wordt gereciteerd.
  35. De verzen van de Heilige Qur’ān zijn net als de andere.
  36. Allah Ta’ālā weet de realiteit van de hechtheid van de verzen.
  37. Niemand, noch enige andere schepping kan een gelijkwaardig boek aan de Heilige Qur’ān brengen.
  38. Heilige Qur’ān is van altijd voor altijd.
  39. Als de Heilige Qur’ān op een berg was geopenbaard, dan was de berg gereduceerd tot stofdeeltjes uit angst voor Allah Ta’ālā.
  40. Heilige Qur’ān is een vertrouwen van Allah Ta’ālā welk bewaard was gebleven door de Heilige Profeet ﷺ.
  41. Het is Farz-e-Kifāyah (verplicht voor op z’n minst één persoon) om Hāfiz van de Heilige Qur’ān te worden.
  42. Het onthouden van net zoveel āyat (verzen) als nodig is om namāz te verrichten is Farz ‘Ain (verplicht voor iedere moslim).
  43. Recitatie van de Heilige Qur’ān is een teken van beloning en zegen verkrijgen.
  44. Heilige Qur’ān zal bemiddelen namens zijn voordrager.
  45. Heilige Qur’ān zal zijn voordrager naar de Jannah (Paradijs) meenemen.
  46. Een Hāfiz van de Heilige Qur’ān zal bemiddelen voor zijn familie.
  47. De ouders van een Hāfiz, Qāri en ‘Alīm van de Heilige Qur’ān zal gezegend worden met de Kroon van Jannah op de Dag des Qiyāmah (Oordeel).
  48. Het reciteren van de Heilige Qur’ān en weer vergeten is een grote zonde en waardig voor straf.
  49. Het denigreren, verwerpen en vernederen van de Heilige Qur’ān is Kufr (ontrouw/ongelovig).
  50. Heilige Qur’ān wordt snel vergeten en moet dus beschermd worden.
  51. Het aanraken van de Heilige Qur’ān zonder woezoe is niet toegestaan en Harām (verboden).
  52. Heilige Qur’ān dient gereciteerd te worden in een langzaam ritmisch tempo.
  53. Een minimum aan beloning (minstens 10 zegens) wordt gegeven voor de recitatie van elke letter van de Heilige Qur’ān.
  54. Het reciteren van de Heilige Qur’ān door naar te kijken is zegenrijker dan het uit het hoofd reciteren.
  55. Het luisteren naar de recitatie van de Heilige Qur’ān is excellenter dan reciteren of Nafl (vrijwillige gebeden).
  56. Het is noodzakelijk stilte te betrachten en te luisteren wanneer de Heilige Qur’ān wordt gereciteerd.
  57. Als een groep mensen de Heilige Qur’ān reciteren, dan moeten zij dat in stilte doen.
  58. Wanneer de Heilige Qur’ān geleerd of onderwezen wordt dan is het voor de studenten toegestaan in de groep hard op te reciteren.
  59. Het respecteren en eerbiedigen van de Heilige Qur’ān is noodzakelijk en ook Farz.
  60. Kussen, reciteren, kijken, dragen, luisteren naar of verzen van de Heilige Qur’ān opschrijven zijn allen handelingen van Ibādah.
  61. Niets, maar dan ook niets mag op de Heilige Qur’ān gelegd worden. Zelfs geen andere religieus boek of een Tasbīh (rozenkrans).
  62. Zweren op de Heilige Qur’ān is waarheidsgetrouw, doch u zult terughoudend moeten zijn.
  63. Voorspellingen doen uit de Heilige Qur’ān is Makruh-e-Tahrīmi (dicht bij Harām).
  64. Er is niets nat of droog wat niet in de Heilige Qur’ān is uitgelegd.
  65. Alles wat in de vorige Goddelijke Boeken stond geschreven is vervat in de Heilige Qur’ān.
  66. Heilige Qur’ān is een bestaand wonder.
  67. Surah Yasin is het hart van de Heilige Qur’ān.
  68. En de schoonheid van de Heilige Qur’ān is Surah Rahmān.
  69. Du’ā’s (smeekbeden) worden aangehoord gedurende het uit reciteren van de Heilige Qur’ān.
  70. Heilige Qur’ān was geopenbaard 600 jaar na de Injīl (Originele Bijbel).
  71. Heilige Qur’ān werd geopenbaard naarmate er noodzaak toe was.
  72. Heilige Qur’ān werd geopenbaard over een periode van ongeveer tweeëntwintig jaar, twee maanden en veertien dagen.
  73. Het eerste vers van de Heilige Qur’ān dat geopenbaard werd is: “Iqra Bi Ismi Rabbikal Lazi” in Laylatul-Qadr, in maand Ramadān in het grot Hira. Dit gebeurde dertien en een half jaar voor Hijrah, te weten op 14 augustus 610 n. Chr.
  74. Heilige Qur’ān bevat 6.666 verzen, 558 ruku’, 114 Soera’s en 30 para’s (delen).
  75. ‘Bismillāhir Rahmānir Raḥīm’ komt 114 keer voor in de Heilige Qur’ān.
  76. ‘Bismillāh’ is voor iedere Surah in de Heilige Qur’ān geschreven behalve in Surah Tawbah, maar het is eveneens geschreven in Surah Naml.
  77. De ‘Bismillāh’ dat aan het begin van elke Surah voorkomt is maakt geen deel uit van enige Surah maar het is een deel van de Heilige Qur’ān en onophoudelijke ayāh.
  78. Er zijn 15 Sajdah-e-Tilāwat in de Heilige Qur’ān waarvan over 14 overeenstemming is en over één niet.
  79. Bij het reciteren of horen van de Āyat-e-Sajdah wordt het Wājib op de voordrager en luisteraar om Sajdah-e-Tilāwat te doen dat uit slechts één Sajdah bestaat.
  80. Iedere ayāh en iedere Surah van de Heilige Qur’ān was opgetekend in opdracht van de Heilige Profeet ﷺ.
  81. Er waren ongeveer 40 Sahāba die verantwoordelijk waren voor het opschrijven van de Heilige Qur’ān.
  82. De Sahābi die verantwoordelijk was voor het voortdurend opschrijven van de Heilige Qur’ān was Sayyidena Said bin Thābit radi Allāhu anhu. Hij had ook twee keer de Heilige Qur’ān van het begin tot het eind gereciteerd voor RasoolAllāh ﷺ.
  83. De eerste complete kopie van de Heilige Qur’ān was gecompileerd door Sayyidena Abu Bakr radi Allāhu anhu, welk later na gecompileerd werd door Sayyidena Usman radi Allāhu anhu en verzonden naar verschillende plaatsen.
  84. RasoolAllāh ﷺ plaatste alle Soera’s in hun positie behalve voor Surah Anfāl. Surah Anfāl werd geplaatst tussen Surah A’rāf en Surah Tawbah door Hazrat Usman radi Allāhu anhu door zijn gezaghebbende interpretatie. Hij schreef ook geen ‘Bismillāh’ voor Surah Tawbah.
  85. Na de Profeet Mohammed ﷺ was de eerste Hāfiz van de Heilige Qur’ān Sayyidena Usman radi Allāhu anhu.
  86. Het laatste vers, “Al Yauma Akmaltu Lakum Dinakum … “, van de Heilige Qur’ān was geopenbaard op 9 Dhū’l-Hijja 10 H. op een vrijdag na Asr Salāh in Arafat.
  87. De bestaande indeling van de Heilige Qur’ān is de actuele indeling zoals het in Lawh al-Mahfooz (de Beschermde Tafel) was.
  88. Negenennegentig namen van Allah Ta’ālā komen in de Heilige Qur’ān voor.
  89. Zesentwintig namen van Nabi’s (Profeten) zijn in de Heilige Qur’ān gevonden.
  90. Er zijn 32 namen van de Heilige Qur’ān in de Heilige Qur’ān.
  91. Veertien gestelde vragen van de Ummat-e-Muhammadi komen in de Heilige Qur’ān voor.
  92. Het woord Imam komt 12 keer voor in de Heilige Qur’ān.
  93. Hazrat Musa’ s (alayhis salām) naam verschijnt op vele plaatsen in de Heilige Qur’ān.
  94. Van de maanden komt alleen de naam van de maand Ramadān voor in de Heilige Qur’ān; van de namen van de vrouwen komt alleen de naam van Hazrat Maryam radi Allāhu anha voor en van de Sahāba komt alleen de naam van Sayyidena Said bin Hārith radi Allāhu anhu duidelijk voor in de Heilige Qur’ān.
  95. De belangrijkheid van Du’ a is meer dan 70 keer in de Heilige Qur’ān genoemd.
  96. De belangrijkheid van giften komt meer dan 150 keer voor in de Heilige Qur’ān.
  97. De belangrijkheid van namāz is meer dan 700 keer in de Heilige Qur’ān genoemd.
  98. De naam Mohammed ﷺ van de Heilige Profeet komt vierkeer voor in de Heilige Qur’ān en de naam ‘Ahmad’ komt een keer voor.
  99. De Heilige Profeet ﷺ is niet met deze naam genoemd in de Heilige Qur’ān zoals dat wel het geval is, maar als ‘Yaa Ayyuhal Muzzammil, Yaa Ayyuhal Mudassir, Yasin’, etc.
  1. De Heilige Profeet ﷺ is 11 keer genoemd met de woorden ‘Ya Ayyuhan Nabi’ in de Heilige Qur’ān.
  2. Er zijn 29 verzen van de Heilige Qur’ān die het einde der Profeetambt van de Heilige Profeet ﷺ bewijzen.
  3. Zoals in de Heilige Qur’ān het gehoorzamen van Allah Ta’ālā en Zijn Rasool ﷺ is genoemd, zo is ook het gehoorzamen van ouders genoemd.
  4. De Heilige Qur’ān heeft man en vrouw als elkaars kledij aangewezen.
  5. Surah Fātiha, Surah An’ām, Surah Kahf, Surah Saba en Surah Fātir zijn de vijf Soera’s die beginnen met ‘Alhamdulillāh’ (Alle lof zijt aan Allah), maar de volledige lofprijzing is Surah Fātiha.
  6. Vier mensen die als eerste de hele Heilige Qur’ān in een rak’ah hebben gereciteerd zijn Hazrat Usman, Hazrat Tamim Daari, Hazrat Sa’ied bin Jubair en Hazrat Imam Azam Abu Hanīfa (radi Allāhu anhuma).
  7. Hazrat Imam Azam Abu Hanīfa radi Allāhu anhu heeft elke Surah van de Heilige Qur’ān in witr gereciteerd.
  8. Nuqtaas (punten) zijn in de Heilige Qur’ān aangebracht in het jaar 86 H.
  9. De jazm, shaddah en madd zijn in de Heilige Qur’ān aangebracht door Khalil bin Ahmad Basri.
  10. In 143 H. heeft Haj’jaaj bin Yusuf Saqafi de klinkers fatha (zabr), damma (pesh) en kasra (zeer) in de Heilige Qur’ān aangebracht.
  11. De tekens van half, kwart, etc. zijn in de Heilige Qur’ān in de tijd van Mammon Abbāsi aangebracht.
  12. Huj’jaaj bin Yusuf heeft eveneens de namen van de Soera’s geschreven.
  13. De eerste Arabische kalligrafie van de Heilige Qur’ān was geschreven door Ya’rib bin Qahtaan.
  14. De eerste Soefi tafsir (commentaar) op de Heilige Qur’ān was door Qushayriya geschreven en werd “Latā’if-ul-Irshad” genoemd.
  15. Er zijn meer dan 1.200 tafāsir van de Heilige Qur’ān.
  16. Hazrat Sheikh Saadi radi Allāhu anhu deed de eerste vertaling van de Heilige Qur’ān in 691 H. Deze vertaling was in Farsi (Perzisch).
  17. Vandaag de dag is de Heilige Qur’ān vertaald in meer dan 50 talen.
  18. In 883 n. Chr., meer dan duizend jaar geleden, werd de Heilige Qur’ān in opdracht van de Hindoe koning Mahruk vertaald in Hindi. Hij was de koning van Kashmir en Punjab.
  19. De eerste Latijnse vertaling van de Heilige Qur’ān vond plaats in 1543 n. Chr. in Zwitserland.
  20. Martin Luther deed de eerste Duitse vertaling van de Heilige Qur’ān.
  21. De eerste Russische vertaling van de Heilige Qur’ān was gepubliceerd in 1776 n. Chr. in Petersburg.
  22. De Bengaalse vertaling van de Heilige Qur’ān was afgerond in 1818 n. Chr. en was de enige van het laatste deel.
  23. De eerste vertaling van de Heilige Qur’ān was gedaan in 1941 n. Chr. in Hamburg onder de name ‘Arishul Holy Qur’ān’.
  24. Meer dan 300 Urdu vertalingen van de Heilige Qur’ān zijn tot heden gedaan.
  25. De eerste Urdu vertaling van de Heilige Qur’ān was gedaan in 1774 n. Chr. door Shah Rafi-ud-Din.
  26. De meest prachtige en volmaakte Urdu vertaling gevuld met liefde van de Heilige Profeet ﷺ was gedaan in 1911 n. Chr. door A’ la Hazrat Ash Shah Imam Ahmed Raza Khan Qadri Barkāti radi Allāhu anhu en is genoemd ‘Kanzul Iman’ (De Goudschat der Iman).
  27. De Heilige Qur’ān is een wonder van de Profeet ﷺ.
  28. De Heilige Qur’ān is het karakter van de Profeet ﷺ.
  29. De Heilige Qur’ān is de grondwet voor de mensheid.
  30. De Heilige Qur’ān is de biografie van de Profeet ﷺ.
  31. De Heilige Qur’ān is Makki en Medini.
  32. De Heilige Qur’ān is Lofprijzing van Allāh Ta’ālā aan de Profeet ﷺ.
  33. De Heilige Qur’ān is een Grootte Schat.
  34. De Heilige Qur’ān is Wetenschap.
  35. De Heilige Qur’ān is het laatste Boek van Allah Ta’ālā geopenbaard op de Heilige Profeet ﷺ aan de laatste natie.
  36. De Heilige Qur’ān is een Woord van Allah Ta’ālā.

Bron: Courtesy, The Leader, 21 June 1996

Tot slot, nergens in de Heilige Qur’ān staat de naam van Mirza Qadiyani.


Translate »
error: Content is protected !!