Pardah (gordijn) in moskeeën

Op 30 september 2007 stuurt de 2e penningmeester van Masjid Faiz-ul-Islam mij een email waarin hij schrijft: “T.a.v. de vragen die ik aan u wil stellen het volgende: Ik stel regelmatig vragen aan maulana’s en andere moslimbroeders. Bijna altijd krijg ik een bevredigend antwoord. Soms vraag ik naar een bron en dat wordt dan een beetje lastig. De heren over wie ik het heb, moeten het antwoord gaan opzoeken en in de tussentijd vergeten ze mijn vraag. Onder indruk van uw site, heb ik het vertrouwen dat mijn vragen beantwoord wordt. U mag ook uw tijd nemen om de vragen te beantwoorden.

Vraag: Een soenniet moskee in Den Haag trekt de pardah (gordijn) tijdens jalsa bijna nooit. Mannen kunnen naar vrouwen kijken en andersom. Bij Faiz-ul-Islam en andere moskeeën is er wel een pardah. Sommigen zeggen tegen mij dat de pardah niet verplicht is. Als moslimvrouwen hoofddoek (ook een vorm van pardah) op hebben, dan is de pardah niet nodig, zeggen ze. Mijn vraag: is er een pardah tussen mannen en vrouwen in een moskee verplicht en wat is de bron?”

Waarom is een pardah noodzakelijk?

Hazrat Saad-ud-Din al-Kashgari schreef gehoord hebbende van Khwaja Mohammad Parisa (Rahmatullāhi Alaih) in zijn boek Rashahat: “De meest schadelijke pardah (gordijnen) die de mens scheiden van Allāh Ta’ālā is het vestigen van wereldlijke gedachten in het hart. Deze gedachten komen van slechte vrienden of door het kijken naar onnodige dingen. Men zou heel hard moeten proberen om ze uit het hart te verdrijven. Lezen van ongepaste boeken (romans, kranten, tijdschriften, verhalen) en gepraat over onnodige of triviale onderwerpen verhogen dergelijke gedachten. Kijken naar vrouwen of hun foto’s (in fotoromans, films of op televisie) en het luisteren naar liedjes en muziek (met stemmen van vrouwen) zorgen ervoor dat zulke schadelijke gedachten zich in het hart nestelen, die allemaal een moslim wegnemen van Allāh Ta’ālā. Ziekte van het hart is het vergeten van Allāh Ta’ālā. Degenen die Allāh Ta’ālā willen bereiken moeten dit vermijden en zich onthouden van alles wat een kwaadaardige verbeelding oproept. Allāh Ta’ālā ‘s gewoonte is zodanig, dat Hij de zegen niet schenkt (van het naderen van Hem) op degenen die niet daaraan werken, verdraag ontberingen en geef hun onbeduidende vreugden en verlangens op.”

Allāh Ta’ālā openbaart: “En zeg tot de gelovige vrouwen dat zij ook haar ogen neergeslagen houden en hun passies beheersen, en dat zij haar schoonheid niet tonen dan hetgeen ervan zichtbaar moet zijn, en dat zij haar hoofddoeken over haar boezem laten hangen, en dat zij haar schoonheid niet tonen behalve aan haar echtgenoot of haar vader of de vader van haar echtgenoot, of haar zonen of de zonen van haar echtgenoot, of haar broeders, of de zonen van haar broeders, of de zonen van haar zusters of haar vrouwen, of haar slaven, of zulke mannelijke bedienden die geen geslachtsdrang hebben, of de jonge kinderen die van de naaktheid van een vrouw niets afweten. En laat haar niet met haar voeten slaan, opdat hetgeen zij van haar schoonheid bedekken openbaar moge worden. En wendt u allen tezamen tot Allāh, o gelovigen, opdat je moge slagen.” Surah an-Noor (het Licht), H24, vers 31

“O profeet! Zeg aan uw vrouwen en uw dochters en de vrouwen der gelovigen dat zij een gedeelte van haar omslagdoeken over haar (hoofd) laten hangen. Dit is beter, opdat zij mogen worden onderscheiden en niet lastig worden gevallen. En Allāh is Vergevensgezind, Genadevol.” Surah al-Ahzāb (de confrères), H33, vers 59

Hazrat Umm Salamah, Umm-ul-Mu’minin (radi-Allāhu ‘Anha) verhaalde, toen vers 31 van Surah an-Noor op de Heilige Profeet ﷺ werd neergezonden kwamen de vrouwen van de Ansār naar buiten alsof zij kraaien op hun hoofd hadden vanwege het dragen van uitwendige kleding. Abu Dawood

Het is alom bekend, dat de vrouwen van de Heilige Profeet ﷺ hun gezichten altijd bedekten in het bijzijn van na-mahram (vreemde mannen/vrouwen). Een vrouw genaamd Asmā, die geen echtgenote was van de Heilige Profeet ﷺ, bedekte ook haar gezicht. Kortom, het bedekken van het gezicht, beter gezegd top tot teen, is vereist en ook zegenrijk.

Het is zeker, dat de sluier de schoonheid van de vrouw verhoogt. De reden is dat, terwijl wij de subtiliteiten en perspectieven van dichtbij zien, afstand deze subtiliteiten en perspectieven versierd maken voor ons. Zoals onze ogen van op een afstand niet duidelijk kunnen zien wat wij van dichtbij kunnen zien, zo geeft verbeelding dingen de schoonheid waarvan we veronderstellen dat ze mooi zijn. Dingen die van ons zijn en die we vandaag niet waarderen zal waardevol zijn als we ze verliezen. Dus, wanneer afstand en gordijnen tussen ons en iets komen, ontstaan onze emoties en verdriet ​​evenredig aan ons verlangen naar dat ding. Als wij een gesluierde vrouw buiten zien, wordt onze verbeelding wakker. Wij verbeelden ons voor wat er in onze geest is om te weten wat ​​onder de sluier is. Om ons sociale leven te regelen, moeten we de vrouw de plaats geven die ze verdient. Islam beveelt de vrouw zichzelf te bedekken. Maar het verklaart niet hoe
ze gesluierd zal zijn en het verbiedt ook niet om de vrouw de rechten te geven die haar aard zijn. Als het doel van versluieren is om de generatie puur en kuis te houden en te beschermen tegen overspel en kwaad, dan zouden wij er op een andere manier voor kunnen zorgen dat te voorkomen. Dat zouden we bijvoorbeeld onszelf moeten beheersen door de geest en het intellect te trainen, waar Allāh Ta’ālā de mensen aan heeft toegewijd. Aangezien niet alle mannen zich kunnen beheersen, is de pardah noodzakelijk geworden in een openbare bijeenkomst.

In de tijd van de Sahāba waren hun vrouwen heel vroom net als de metgezellen van de Heilige Profeet ﷺ. Toch hadden de vrouwen volledige bedekking van hun lichaam in acht genomen, terwijl het niet nodig zou zijn. Tegenwoordig is materialisme en welvaart dermate toegenomen, dat moslim vrouwen beïnvloed worden door onheus gepraat van ongelovige vrouwen (atheïsten, christenen, Wahhābi, Ahmadiya, Salafisten, televisie, Hollywood, Bollywood, etc.).

Moslimvrouw sluiert zichzelf niet alleen voor het beschermen van haar schoonheid, maar ook om de spirituele grens die vrouw en man van elkaar onderscheidt. Vanwege de sluier gedraagt de man zich formeel en respectvol zelfs tegenover een vrouw van zijn familie op straat. Sluier is het gordijn van bescheidenheid tussen man en vrouw.

Veel bloedzuigers (mannen) zijn in een positie die hen niet zal toestaan te ontkennen dat zij de vacature van ta’addud az-zawjat vervullen met onwettigheid. Om deze reden spelen ze door de gordijnen tussen man en vrouw te scheuren met bescheidenheid en eer van vrouwen. In Europese landen waar vrouwen volledig vrijheid wordt gegeven, zijn mannen en vrouwen verward. Islam heeft een evenwicht tussen vrouwen en mannen bepaald en geeft opdracht aan vrouwen om zichzelf te bedekken om de orde onder de aasgier van mannen te handhaven.

Besluit

Als het kledingstuk van de vrouwen voldoen aan de eisen die de Shari’ah (Heilige Qur’ān en Sunnah) stelt, dan is dat geen probleem, omdat mannen de schoonheid van vrouwen niet kunnen aanschouwen. In dit geval dienen de vrouwen achter de mannen te gaan zitten, zodat ook de vrouwen de gezichten van de mannen niet kunnen zien.

Kortom, er dient dan een gordijn te worden getrokken tussen de mannen en de vrouwen bij onfatsoenlijke klederdracht en indien de stoelen zij uitgestald op een wijze dat mannen en vrouwen elkaar kunnen zien. Dit om mannen en vrouwen te beschermen tegen de Iblīs (Satan). Zelfs indien 99 vrouwen van de 100 zich correct hebben aangekleed conform de aangehaalde verzen en hadīth, maar één vrouw niet, dan nog dient de pardah getrokken te worden.

Ulema moeten erop toezien, dat zij de Shari’ah zelf naleven, en de Ummah van de Profeet ﷺ ook laten naleven. Ulema hebben een zwaardere examinering op de Dag des Oordeels bij Allāh Ta’ālā.

Translate »
error: Content is protected !!